Inhoudsopgave
Advertenties
14.2
Lustestopties
U kunt de opties voor de lusimpedantietest het beste instellen door de lusimpedantietest in te stellen van sneltoets
1 naar sneltoets 5, omdat dit een logische volgorde voor de selectie oplevert. Elk van de sneltoetsopties wordt
hieronder beschreven:
14.2.1 Sneltoets 1 - Soorten lustests
„
Z
Dit is de standaard lusimpedantietestmodus. Het geeft het basisresultaat van de lusimpedantie plus de foutstroom
weer. Afhankelijk van de andere sneltoetsinstellingen kunnen alle drie de lusimpedanties, L-PE, L-N en N-PE, of slechts
één resultaat worden weergegeven.
„
Zmax
In deze modus wordt de maximale lusimpedantiewaarde van een reeks tests weergegeven, waardoor het niet meer
nodig is om handmatig resultaten te registreren bij het zoeken naar de hoogste lusimpedantie in een circuit.
Zref
„
In deze modus wordt een lusimpedantiewaarde opgeslagen, bijv. Ze, voor gebruik in de modus R1+R2 of Vdrop. In veel
gevallen is dit Ze, het externe deel van het lusimpedantiecircuit buiten het gebouw. Maar het kan ook het gehele circuit
zijn tussen de voedingsbron tot het laatste distributiepaneel als u alleen de impedantie van het eindcircuit wilt weten.
Bij het uitvoeren van een Zref-meting wordt de lusimpedantiewaarde automatisch opgeslagen en linksonder in het
scherm Loop Impedance (lusimpedantie) van de testmodi R1+R2 en Vdrop weergegeven.
„
R1+R2 (alleen beschikbaar als sneltoets 5 is ingesteld op L-PE)
Na het opslaan trekt het instrument, door de modus R1+R2 te selecteren, de opgeslagen Zref-waarde af van elk
gemeten resultaat. Als u bijvoorbeeld Zref gebruikt om de externe lusimpedantie van een circuit (Ze) op te slaan
en vervolgens meet met de modus R1+R2, trekt het instrument de Zref af van de gemeten waarde en wordt het
resultaat weergegeven. In dit geval is het resultaat de interne impedantie of R1+R2 voor het te testen circuit (Zie
14.11 Modus R1+R2 op pagina 83.). Voor deze optie moet sneltoets 5 worden ingesteld op L-PE, omdat deze
alleen geldig is bij het uitvoeren van fase-naar-aarde-metingen.
Vdrop
„
In deze modus wordt de bovenstaande Zref-waarde plus een opgeslagen circuitstroomwaarde gebruikt om de
spanningsval (volt drop) van een circuit weer te geven.
Voor Vdrop moet zowel de Zref-waarde worden gemeten als de I-Vdrop-waarde worden ingevoerd (Zie 14.10 Zref -
de referentie-impedantie maken en gebruiken voor R1+R2- en Vdrop-berekeningen op pagina 81.)
14.2.2 Sneltoets 2 - Zonder aardlekschakelaar, met aardschakelaar of EV RDC
„
Zonder RCD
Deze methode schakelt elke aardlekschakelaar in het circuit uit, dus mag alleen worden gebruikt bij fase-naar-nul-
(L-N) of fase-naar-fase-circuits (L-L). De methode maakt afhankelijk van de voedingsspanning gebruik van teststromen
tussen 650 mA en 3,2 A, waarbij het instrument de onbelaste en belaste spanning meet en de lusweerstand berekent.
De HR-tests (hoge resolutie) kunnen enkele seconden duren, afhankelijk van de ruis op de voeding.
Aardlekschakelaar
„
Deze methode maakt gebruik van een veel lagere teststroom, die ontworpen is om te voorkomen dat
aardlekschakelaars tot 30 mA uitschakelen.
„
EV RDC
Deze methode is speciaal ontworpen voor EV-oplaadinstallaties met 6 mA RDC's.
OPMERKING: Er is altijd een zeer klein risico dat een aardlekschakelaar tijdens een test uitschakelt. Als dit
onaanvaardbaar is, moet u mogelijk alternatieve methoden overwegen om de lusimpedantie te meten. Neem voor meer
advies contact op met de technische ondersteuning van Megger
14.2.3 Sneltoets 3 - Zonder aardlekschakelaar, met aardschakelaar of EV RDC
www.megger.com
Aardingslusimpedantietests - TrueLoop™
(uksupport@megger.com
of +44 (0) 1304 502 102)
MFT-X1
73
Advertenties
Inhoudsopgave
