Inhoudsopgave
Advertenties
Aardlekschakelaartests (RCD's)
Afb.45: Schema van toegestane combinaties van test/type/classificatie
13.1.3 Over de aardlekschakelaartests
Bij alle tests zorgt het instrument ervoor dat er een stroom loopt tussen de netvoeding en de aarde aan de
belastingszijde van het circuit dat wordt beveiligd door de te testen aardlekschakelaar. Dit simuleert het optreden
van een aardlekfout. Wanneer een dergelijke storing optreedt, veroorzaakt de aardlekstroom een onbalans tussen de
stromen in de spanningvoerende geleider en nulleider die door de detectiespoelen (A) en (B) van de aardlekschakelaar
lopen. Dat wil zeggen dat een deel van de netstroom via het aardingspad terugkeert in plaats van via de nulleider.
Wanneer deze onbalans groter is dan de gevoeligheid (nominale waarde) van de aardlekschakelaar, schakelt de
aardlekschakelaar het circuit dat hij beveiligt uit en koppelt dit los.
Afb.46: Vereenvoudigd aardlekschakelaarcircuit
13.1.4 De ½ x I test
Voor deze test gebruikt het instrument een stroom die gelijk is aan de helft van de nominale waarde (½x I) van
de geteste aardlekschakelaar. Deze stroom wordt gedurende 2 seconden opgewekt en de aardlekschakelaar mag
gedurende deze tijd niet uitschakelen. Als de aardlekschakelaartest met succes is voltooid, geeft de display > 1999
ms weer. Indien nodig kan de maximale testtijd worden gewijzigd in 500 ms in de instellingen, Zie 15.9.5 Maximale
testtijd ½x I op pagina 97. Als de onderbreker tijdens de test uitschakelt, wat kan betekenen dat deze te
gevoelig is, stopt de test en toont de display de werkelijke uitschakeltijd.
13.1.5 De 1x I-test
Voor deze test gebruikt het instrument een stroom die gelijk is aan de nominale waarde (1x I) van de te testen
aardlekschakelaar. De aardlekschakelaar moet binnen 300 ms uitschakelen voor apparaten die voldoen aan
IEC 61008/9 en binnen 200 ms voor oudere apparaten die voldoen aan oude British Standards zoals BS7288.
Wanneer de aardlekschakelaar uitschakelt, stopt de test en toont het instrument de werkelijke uitschakeltijd. Als de
aardlekschakelaar niet uitschakelt, stopt de test na 300 ms en wordt > 300 ms of > 200 ms weergegeven, afhankelijk
van de instellingen van het instrument. U kunt de testtijd wijzigen in de instellingen, Zie 15.9.6 Maximale testtijd 1x I
op pagina 97.
13.1.6 De 2x I test
Voor deze test gebruikt het instrument een stroom die gelijk is aan tweemaal de nominale waarde (2x I) van de te
testen aardlekschakelaar. De aardlekschakelaar moet binnen 150 ms uitschakelen. Wanneer de aardlekschakelaar
uitschakelt, stopt de test en toont het instrument de werkelijke uitschakeltijd. Als de aardlekschakelaar niet
60
MFT-X1
www.megger.com
Advertenties
Inhoudsopgave
