Storing
Motor draait niet, zend-
controlelampje blijft uit.
Na het vervangen van
de batterijen geen reac-
tie van de zender.
Motor draait niet,
zendcontrolelampje
blijft aan.
Zendcontrolelampje
knippert en in het dis-
play verschijnt BATTERIJ
Gewenste motor draait
niet.
Zonwering verplaatst
zich niet in de eind-
stand.
De automatische com-
mando's worden niet
uitgevoerd.
Installatie verplaatst
zich niet automatisch
naar beneden bij
schuifschakelaarpositie
„".
Installatie verplaatst
zich niet handmatig
naar beneden uit bij
schuifschakelaarpositie
„" of „".
Wat te doen als ...?
Oorzaak
1. Batterijen leeg.
2. Batterijen werden niet
correct geplaatst.
Voeding was te lang
onderbroken.
1. Ontvanger buiten de
reikwijdte.
2. Zender is niet in de
ontvanger geprogram-
meerd.
Batterijen zijn zwak
Verkeerde groep geko-
zen.
Positie eindstand niet
ingesteld.
1. Schuifschakelaar staat
op „".
2. Instelling Winter staat
op ON.
1. Zondrempelwaarde is
onderschreden.
2. Winddrempelwaarde is
overschreden.
1. Winddrempelwaarde is
overschreden
2. Sensor of de senso-
raansluiting defect.
3. Instelling Winter staat
op ON
Remedie
1. Nieuwe batterijen
plaatsen.
2. Batterijen correct
plaatsen.
Reset-toets indrukken.
Instellingen controleren.
1. Afstand t.o.v. de ont-
vanger reduceren.
2. Zender programmeren.
Nieuwe batterijen plaat-
sen.
Juiste groep kiezen.
Eindstandpositie in instel-
menu ZON EINDSTAND
of TIJD EINDSTAND
instellen.
1. Schuifschakelaar op
„" zetten.
2. Instelling Winter op
OFF zetten.
1. Zondrempelwaarde
aanpassen.
2. Luwen van de wind
afwachten.
1. Luwen van de wind
afwachten.
2. Sensor testen.
3. Instelling Winter op
OFF zetten.
de
en
fr
nl
95