KMX
Max. temperatuur collector
Instelbereik: 70 ... 160 °C [150 ... 320 °F]
Fabrieksinstelling: 110 °C [230 °F]
De collectorkoelfunctie houdt de collectortemperatuur door geforceerde verwar-
ming van de boiler binnen het bedrijfsbereik, tot bij een boilertemperatuur van
95 °C [200 °F] de functie om veiligheidsredenen wordt uitgeschakeld.
Als de boilertemperatuur de ingestelde maximumtemperatuur van de boiler be-
reikt, wordt het zonne-energiesysteem uitgeschakeld. Als nu de collectortempe-
ratuur naar de ingestelde maximumtemperatuur van de collector stijgt, wordt de
zonnepomp zolang ingeschakeld tot weer onder deze temperatuurlimiet wordt
gebleven. Hierbij kan de boilertemperatuur verder stijgen (achtergestelde actieve
maximumtemperatuur van de boiler), echter alleen tot 95 °C [200 °F] (veiligheids-
uitschakeling van de boiler).
Wanneer de collectorkoelfunctie actief is, worden op het display ⓵ en ☼ (knippe-
rend) weergegeven.
Aanwijzing:
Deze functie is alleen beschikbaar, wanneer de systeemkoeling (OSYK)
is gedeactiveerd.
Aanwijzing:
In installatie 10 is de parameter KMX zelfstandig zonder de OKK-functie
beschikbaar. In installatie 10 wordt KMX als activeringstemperatuur ge-
bruikt voor de afvoer van overtollige warmte. In dat geval is geen andere
inschakelvoorwaarde nodig.
30
Systeemkoeling
OSYK
Optie systeemkoeling
Instelbereik: OFF / ON
Fabrieksinstelling: OFF
DTKE
Inschakeltemperatuurverschil
Instelbereik: 1.0 ... 30.0 K [2.0 ... 60.0 °Ra]
Fabrieksinstelling: 20.0 K [40.0 °Ra]
De systeemkoeling dient om het zonne-energiesysteem gedurende langere tijd be-
drijfsklaar te houden. Deze negeert de maximumtemperatuur van de boiler om het
collectorveld en het warmtedragend medium op dagen met sterke zoninstraling ther-
misch te ontlasten. Als de boilertemperatuur de ingestelde maximumtemperatuur van
de boiler overschrijdt en het inschakeltemperatuurverschil DTKE is bereikt, blijft de
zonnepomp ingeschakeld of wordt deze ingeschakeld. De zonnelading wordt zolang
uitgevoerd tot het temperatuurverschil onder de ingestelde waarde DTKA daalt of
de ingestelde temperatuurlimiet van de collector wordt bereikt. Wanneer de systeem-
koelfunctie actief is, worden op het display ⓵ en ☼ (knipperend) weergegeven.
DTKA
Uitschakeltemperatuurverschil
Instelbereik: 0.5 ... 29.5 K [1.0 ... 59.0 °Ra]
Fabrieksinstelling: 15.0 K [30.0 °Ra]
Aanwijzing:
Deze functie is alleen beschikbaar, wanneer de collectorkoeling (OKK) is
gedeactiveerd.