8.
Optionele functies
8.5 Alibigeheugen
Het alibigeheugen wordt in de instelmodus geactiveerd (zie de afzonderlijke
beschrijving 470.702.126 Gebruikersmodus). Wanneer het alibigeheugen is
geactiveerd, verschijnt het bijbehorende symbool. 1. Het symbool knippert zodra de
ingevoerde grenswaarde voor het volle bericht is bereikt.
1. overdracht naar Alibi-geheugen
Door de ADV-gegevensrecord „EDV in Alibis" op te vragen of door op de SEND-toets
te drukken, wordt het gewicht overgenomen in het alibigeheugen. De afdruk of
EDP-gegevensverzameling moet echter dienovereenkomstig worden geconfigureerd
(zie de afzonderlijke beschrijving 470.508.108 Gegevensinterface). 2. De afdruk of
EDP-gegevensverzameling moet worden geconfigureerd.
2. query alibi geheugen
Het alibigeheugen wordt opgevraagd in de instelmodus.
Houd de SEND toets en vervolgens de On/Off toets ongeveer 5 seconden ingedrukt
totdat UCAL1 verschijnt.
Met de tarra-toets in het menu bladeren tot UCAL5 verschijnt en met de SEND-toets
bevestigen.
Ga vervolgens met de tarraknop door naar instellingsstap 03 en bevestig nogmaals
met de SEND knop.
Het nummer van de laatst opgeslagen gegevensset verschijnt.
Met de tarratoets en de functietoets kunt u het alibigeheugen doorlopen en met de
SEND-toets kunt u elk gegevensrecord oproepen.
Het geselecteerde record wordt als volgt in een voortschrijdende volgorde
weergegeven:
Aanduiding op het
Betekenis
display
Volgnummer van de alibi-vermelding
12
Type schaal
t2890_01
y
22
Jaar
1234
Opeenvolgend nummer
A 12.34 kg
Bruto of netto met alibi
kg T
T
A 2,98
Tare met alibi
Ga verder met de tarra- en functietoetsen.
Serienummer
van het meetpunt
21
8