14.
monteer de pin (O) op de trekstang (L)
15.
haak de stang aan de motorslede ( P)
16.
zet de beugel op zijn plaats vast met de twee schroeven ("Afbeel-
ding 16")
16
O
a
Controleer of de gekozen afstanden voor de installatie van
het product compatibel zijn met de grenswaarden (zie "Af-
beelding 7").
17.
bevestig de wandbeugel (J) aan de muur boven de poort of aan het
plafond ("Afbeelding 17")
17
18.
zet de beugels met twee schroeven vast aan het plafond (Q) en houd
u daarbij aan de gewenste afstand ("Afbeelding 18")
18
8 – NEDERLANDS
L
J
Q
19.
gebruik een trap om de reductiemotor op te tillen totdat de beugels
tegen het plafond komen
20.
teken de punten af waar geboord moet worden en leg de reductiemo-
tor weer op de grond ("Afbeelding 19")
19
P
21.
boor gaten in de aangegeven punten
22.
gebruik een trap om de reductiemotor op te tillen tot de beugels op
de zojuist geboorde gaten liggen
23.
zet de beugels vast met schroeven en pluggen die geschikt zijn voor
het materiaal ("Afbeelding 20")
20
24.
controleer of de rail perfect horizontaal loopt en zaag daarna met een
zaagje het overtollige deel van de beugels af ("Afbeelding 21")
21