2.2
Beschrijving van de schakelkast
21
22
23
24
25
max. 10 m
2.3
Type-aanduiding
2.4
Technische gegevens
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Trennsystem Basic • Ed.02/2023-12
De pomp transporteert bedrijfswater vanuit een buffertank (Fig. 3, pos. 3) via de huisinstal-
latie (Fig. 4, pos. 16) naar de tappunten
De schakelkast (Fig. 3, pos. 2) regelt de pomp en bevat een droogloopbeveiliging bij water-
gebrek.
De buffertank (11 liter) (Fig. 3, pos. 3) conform EN 1717 (vrije afvoer van het type AB)
scheidt het bedrijfswater van het leidingwaternet. De buffertank wordt door een vlotter-
kraan (Fig. 3 en 4, pos. 4) met leidingwater gevuld. Bij een storing loopt het water ongehin-
derd uit de overloop.
Ter plaatse moet er een slang voor aansluiting op de overloop (Fig. 3 en 4, pos. 9) aanwezig
zijn (niet inbegrepen).
De schakelkast start de pomp of schakelt deze uit, afhankelijk van watervoorzieningsdruk
en debiet.
21
22
23
24
28
25
27
26
27
26
28
•
Het controlelampje „Bedrijfsgereed" (pos. 22) toont dat er verbinding is gemaakt met het
stroomnet.
•
De schakelkast start de pomp automatisch of schakelt deze uit, afhankelijk van de druk-
en stromingscondities van de installatie. Wanneer een tappunt wordt geopend en de druk
in de installatie tot onder 1,5 bar daalt, wordt de pomp ingeschakeld. Het controlelampje
„Pomp in bedrijf" (pos. 24) brandt. De pomp draait wanneer er een minimale doorstroming
(> 95 l/h) is en er weer een minimumdruk is opgebouwd in de installatie. Wanneer het tap-
punt gesloten wordt, wordt de pomp na 10 seconden automatisch uitgeschakeld.
•
De schakelkast beschikt over een droogloopbeveiliging en beschermt de pomp bij water-
gebrek. Wanneer er geen doorstroming wordt herkend en de druk niet stijgt, wordt de
pomp na 30 seconden uitgeschakeld. Het rode controlelampje (pos. 23) gaat branden. Om
de pomp opnieuw te starten drukt u op de toets Reset (pos. 25).
1x 220-240 V
•
Wanneer de doorstroming minder is dan 95 l/h wordt de pomp uitgeschakeld. Wanneer de
inschakeldruk van 1,5 bar wordt onderschreden, wordt de pomp weer gestart. Bij storin-
gen door droogloop worden gedurende 24 uur startpogingen uitgevoerd.
•
Om de pomp handmatig te bedienen, de toets (pos. 25) indrukken en ingedrukt houden.
•
De af fabriek ingestelde inschakeldruk garandeert een correct bedrijf tot een hoogte van
10 meter (hoogste tappunt) boven de schakelkast.
Voorbeeld: Wilo-TRSB 1-25 EM
Wilo
TRSB
1
2
5
EM
Netspanning
Netfrequentie
Spanningskabel
Opgenomen vermogen
Nominale stroom
Persaansluiting (G1")
Controlelampje „Bedrijfsgereed" („Power On")
Controlelampje „STORING" („FAILURE")
Controlelampje „Pomp in bedrijf" (Pump operating)
Toets Terugzetten (RESET)
Aansluitkabel netaansluiting
Aansluitkabel pompmotor
Manometer
Merkaanduiding
Afscheidingssysteem Basic
Productniveau (1: beginner)
Nominaal debiet Q in m³/h
Aantal waaiers
Eenfasig
1~ 230 V
50 Hz
1,5 m
Zie typeplaatje
Zie typeplaatje
nl
15