5.7
Regeling van de branderkop
De regeling van de branderkop varieert naar gelang het debiet
van de brander. Ga als volgt te werk om de regeling uit te voeren:
draai de regelschroef 2)(Afb. 11) rechtsom of linksom tot het
merkteken op de regelbeugel 3)(Afb. 11) samenvalt met het
buitenvlak van de verstuiverhoudergroep 1)(Afb. 11).
In het voorbeeld is de regelbeugel 3) geijkt op het merkteken
2; dit betekent dat de brander afgesteld is voor een debiet
van 4,9 kg/h met de pompdruk op 12 bar en met gebruik van
een verstuiver van 1,25 GPH, zoals wordt aangegeven in
Tab. G pag. 20
5.8
Afstelling luchtklep
Ga als volgt te werk om de luchtschuif te regelen:
Draai de moer 5) (Afb. 11) los en stel de luchtklep af met de
schroef 4) (Afb. 11).
Schroef na de regeling de moer 5) opnieuw vast.
Voor branders BGK1 en BGK3:
Bij het stilvallen van de brander wordt de luchtklep automatisch
gesloten, tot bij een maximumonderdruk bij het rookkanaal tot 0,5
mbar.
Voor de brander BGK2:
wanneer de brander wordt stilgelegd, blijft de luchtklep geopend.
Installatie
15
NL
2
D9547
4
5
1
3
1
Afb. 11
20136521