Randapparatuur aansluiten
Randapparatuur aansluiten
U kunt de functionaliteit van uw notebook uitbreiden door één of meer van deze randapparaten aan te
sluiten.
Schakel de notebook en alle randapparaten uit vóór u een randapparaat aansluit.
Steek het netsnoer pas in het stopcontact nadat u alle kabels hebt aangesloten.
Zet de notebook pas aan nadat u alle randapparaten hebt ingeschakeld.
Een port replicator aansluiten
Een externe monitor aansluiten
Externe luidsprekers aansluiten
Een externe microfoon aansluiten
Een externe muis of extern toetsenbord aansluiten
Een USB-apparaat aansluiten (Universal Serial Bus)
Een printer aansluiten
Een i.LINK™-apparaat aansluiten
Aansluiten op een LAN
Hot pluggable-apparaten moeten worden aangesloten als de computer aan staat.
USB-apparaten zijn hot pluggable-apparaten. U hoeft de notebook niet uit te schakelen vóór u deze apparaten aansluit, tenzij anders vermeld in de
handleiding van het apparaat.
(pagina 67)
(pagina 71)
(pagina 78)
(pagina 79)
(pagina 84)
(pagina 86)
(pagina 89)
(pagina 80)
(pagina 81)
n N
66