Elektrische aansluiting
24
6.3
Controles voor de aansluiting
Gezondheid en specificaties van het instrument
Zijn buitenkanten van de sensor, armatuur of
kabels onbeschadigd?
Elektrische aansluiting
Zijn de geïnstalleerde kabels voorzien van een
trekontlasting en niet getwist?
Is een voldoende lengte van de kabeladers gestript
en zijn de aders correct in de klemmen geplaatst?
Zijn de voedings- en signaalkabels goed
aangesloten?
Zijn alle schroefklemmen goed vastgezet?
Zijn alle kabelinvoeren gemonteerd, vastgezet en
lekdicht?
Zijn alle kabelinvoeren naar beneden of zijwaarts
gericht gemonteerd?
Actie
‣
Voer een visuele inspectie uit.
Actie
‣
Voer een visuele inspectie uit.
‣
Draai de kabels uit elkaar.
‣
Voer een visuele inspectie uit.
‣
Trek voorzichtig om de goede bevestiging te
controleren.
‣
Gebruik het aansluitschema van de transmitter.
‣
Zet de schroefklemmen vast.
‣
Voer een visuele inspectie uit.
In geval van laterale kabelwartels:
‣
Richt kabellussen naar benden zodat water kan
afdruipen.
Turbimax CUS52D
Endress+Hauser