Haal alle diepvriesladen uit de diep-
vrieszone.
Handel het ontdooien zo snel moge-
lijk af.
Hoe langer de ingevroren produc-
ten bij kamertemperatuur worden
bewaard, des te korter ze houdbaar
zijn.
Schakel de diepvrieszone met de
Aan-/Uit - toets uit.
Laat de deur van de diepvrieszone
open.
Neem het dooiwater met een spons
op.
U kunt het ontdooien versnellen door
twee pannetjes op een onderzetter met
heet (niet kokend) water in de diep-
vrieszone te zetten.
Laat de deur van de diepvrieszone in
dit geval open zodat de warmte niet
kan wegstromen.
Blaas bij het gebruik van een hete-
luchtapparaat de warme lucht al-
leen van buiten gelijkmatig over de
binnenkant van het apparaat.
Plaats wanneer u wilt ontdooien
nooit elektrische verwarmingsappa-
raten of kaarsen in het apparaat.
Als u dat doet raakt het kunststof be-
schadigd.
Het ontdooien van de koel-vriescombinatie
Gebruik geen ontdooisprays of an-
dere middelen om te ontdooien.
Deze kunnen explosieve gassen
vormen, ze kunnen oplosmiddelen
of drijfgassen bevatten die het
kunststof beschadigen of ze kunnen
schadelijk zijn voor de gezondheid.
Reinig de diepvrieszone en maak
deze droog.
Sluit de deur van de diepvrieszone
en schakel de diepvrieszone in.
Schakel de superfrost in zodat de
diepvrieszone snel koud wordt.
Het controlelampje gaat branden.
Schuif de diepvriesladen met de in-
gevroren producten in de diepvries-
zone zodra de temperatuur in deze
zone laag genoeg is.
Schakel de superfrost weer in.
Het controlelampje gaat uit.
29