Personeel
Monteur
Insteller
Bediener
Onderhoudspersoneel
Afvoerder
3.5
PERSOONLIJKE VEILIGHEIDSUITRUSTING
Het personeel moet over de volgende persoonlijke veiligheidsuitrusting beschikken en de
veiligheidsuitrusting indien nodig dragen:
Gehoorbescherming
Mondbescherming
Veiligheidsschoenen met slipvaste zolen
3.6
VEILIGHEIDSINRICHTINGEN
Betekenis van de veiligheidsinrichtingen
De zaaimachine beschikt over veiligheidsinrichtingen, die de gebruiker beschermen tegen gevaren. Alle
veiligheidsinrichtingen moeten voor elk gebruik van de zaaimachine verplicht worden gecontroleerd op
aanwezigheid en goede werking.
Positie van de veiligheidsinrichtingen
De afbeelding toont de positie van de veiligheidsinrichtingen:
Functie van de veiligheidsinrichtingen
De veiligheidsinrichtingen hebben de volgende functie:
Nr.
Aanduiding
1
Lagerafdekking
Werkzaamheden
Installatie en inbedrijfstelling van
de zaaimachine
Instellen van de zaaimachine
Bedienen van de zaaimachine
tijdens bedrijf
Reiniging van de zaaimachine
Uitvoeren van
onderhoudswerkzaamheden
Uitvoeren van
reparatiewerkzaamheden
Afvoeren van de zaaimachine
Functie
Beschermt tegen grijpen in het draaiende roerwerk.
Benodigde kwalificatie
Opgeleide monteur
Ervaring op landbouwkundig
gebied
Ervaring in de omgang met de
zaaimachine
Opgeleide hulpkracht
Passend rijbewijs
Opgeleide monteur
Vakman op het gebied van
afvoeren
12