Inhoudsopgave
Advertenties
Type aandrijving
Elektrische blazer PLUS
Hydraulische blazer
Aftakasblazer
Aanbouwcategorieën
CAT I – III (alleen met driepuntshouder)
3
VEILIGHEID
In dit hoofdstuk zijn alle voorwaarden en maatregelen opgenomen, die een veilig gebruik van de
zaaimachine waarborgen.
3.1
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES IN DIT DOCUMENT
Wat zijn veiligheidsinstructies?
Veiligheidsinstructies is informatie, die dient om persoonlijk letsel te voorkomen. Veiligheidsinstructies
bevatten de volgende informatie:
Soort van het gevaar
Mogelijke gevolgen bij het niet aanhouden van de instructies
Maatregelen om persoonlijk letsel te voorkomen
3.2
PRINCIPIËLE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Doelgroep van deze voorschriften
Deze voorschriften zijn bedoeld voor alle personen, die met de zaaimachine omgaan.
Doel van deze voorschriften
Deze voorschriften moeten waarborgen dat alle personen die met de zaaimachine omgaan zich grondig
over alle gevaren en veiligheidsmaatregelen informeren en de in de handleiding en op de zaaimachine
aanwezige veiligheidsinstructies aanhouden. Als u deze voorschriften niet aanhoudt, riskeert u lichamelijk
letsel en materiële schade.
Omgang met de handleiding
Volg de volgende instructies op:
Lees het hoofdstuk veiligheid en de hoofdstukken die uw werkzaamheden omvatten volledig door. U
moet de inhoud daarvan hebben begrepen.
Houd de handleiding altijd binnen handbereik van de zaaimachine om deze te kunnen raadplegen.
Daarvoor is er een opbergkoker aanwezig, die is aangebracht op de zaaimachine.
Geef de handleiding door bij het doorgeven van de zaaimachine.
Omgang met de zaaimachine
Volg de volgende instructies op:
Alleen personen die voldoen aan de in de handleiding genoemde voorwaarden mogen met de
zaaimachine omgaan.
Gebruik de machine niet wanneer u moe bent of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen.
Gebruik de zaaimachine alleen voor het bedoeld gebruik.
Gebruik de zaaimachine in geen geval voor andere, mogelijk voor de hand liggende doeleinden.
Neem alle veiligheidsmaatregelen, die in deze handleiding en op de zaaimachine zijn aangegeven.
Voer aan de zaaimachine geen veranderingen uit, bijv. demontage van onderdelen of aanbouw van
niet toegestane componenten.
Gebruik bij het vervangen van defecte onderdelen alleen originele reserveonderdelen of door de
fabrikant toegelaten normdelen.
Maximale strooibreedte
12 m (met 16 uitlaten)
12 m (met 16 uitlaten)
12 m (met 16 uitlaten)
10
Advertenties
Inhoudsopgave
