SYSTEM MENU (Systeemmenu)
EXTERNAL CONTROL
(Externe controle)
MONITOR ID (Monitor-ID)
GROUP ID (Groeps-ID)
CONTROL TERMINAL
(Besturingsterminal)
LANGUAGE (Taal)
OSD
OSD TIME (OSD-tijd)
OSD POSITION (OSD-positie) Hiermee bepaalt u waar het OSD op het scherm wordt weergegeven.
INFORMATION OSD
(Informatie-OSD)
COMMUNICATION INFO
(Communicatie-info).
OSD ROTATION (OSD-rotatie) Hiermee kunt u de OSD-weergaverichting instellen op liggend of staand.
LANDSCAPE (Liggend)
PORTRAIT (Staand)
KEY GUIDE
(Bedieningsaanwijzing)
CLONE SETTING
(Klooninstelling)
ALL INPUT (Alle invoer)
INPUT (Ingang)
PICTURE (Beeld)
AUDIO
SCHEDULE (Schema)
NETWORK (Netwerk)
PROTECT (BESCHERMEN)
SYSTEM (SYSTEEM)
HTTP
COPY START - USB READ
(Start kopiëren, start lezen USB)
COPY START - USB WRITE
(Start kopiëren, start schrijven
USB)
POWER INDICATOR
(Stroomindicator)
Stelt het ID-nummer van de monitor in, wijst de monitor toe aan groepen.
Stelt het ID-nummer van de monitor in tussen 1 en 100. Dit nummer wordt ook gebruikt door de
afstandsbediening in de ID-modus.
OPMERKING:
Het wordt sterk aanbevolen, om de monitor individueel te kunnen identificeren en te
controleren.
Met deze functie wijst u monitoren aan groepen toe. Door dit te doen kunt u opdrachten naar alle
beeldschermen sturen, waarbij de opdracht alleen voor monitoren met de overeenkomende groeps-
ID wordt uitgevoerd. Dankzij groeps-ID's kunt u specifieke groepen monitors aansturen via een enkele
opdracht, met razendsnelle gelijktijdige bediening. Dit komt bijvoorbeeld van pas als u snel wilt schakelen
tussen video-ingangen of tegelmatrixconfiguraties in een videowand. De functie [GROUP ID] (Groeps-ID)
wordt alleen gebruikt via LAN- of RS-232C-opdrachten vanaf uw software of beheersysteem. Monitoren
kunnen worden toegewezen aan een van de 10 beschikbare groeps-ID's, met de labels A t/m J. Raadpleeg
het bestand External_Control.pdf (zie
Kiest besturingsterminal, [RS-232C] of [LAN].
Selecteer de taal die in het OSD wordt gebruikt.
Hiermee schakelt u het OSD-menu uit als er een tijd geen activiteit heeft plaatsgevonden. De
voorgeprogrammeerde keuzes zijn 10-240 seconden.
Selecteert of er al dan niet automatisch informatie over de monitor wordt weergegeven wanneer deze
wordt ingeschakeld, een andere ingang krijgt of het huidige ingangssignaal verandert.
De informatie omvat de huidige ingang, de audiobron, de beeldverhouding, de resolutie en de
verversingssnelheid. De ID en het IP-adres van de monitor worden ook weergegeven, tenzij deze zijn
ingesteld op OFF (Uit).
Merk op dat de informatie-OSD ook wordt weergegeven wanneer u op de knop DISPLAY (Scherm) op de
afstandsbediening drukt. De afstandsbedieningsfunctie kan niet worden uitgeschakeld.
Selecteert of het [IP ADDRESS] (IP-adres) al dan niet wordt weergegeven wanneer de [INFORMATIE
OSD] (Informatie-OSD) op [ON] (Aan) staat.
De informatie wordt ingesteld in [NETWORK INFORMATION] (Netwerkinformatie) in [NETWORK] (Netwerk).
OPMERKING:
OSD-instellingen in de modus [LANDSCAPE] (Liggend) worden bewaard in de modus
[PORTRAIT] (Staand).
Toont het OSD in liggende stand.
Toont het OSD in staande richting.
OPMERKING:
Het menu van de mediaspeler wordt altijd weergegeven in de liggende beeldrichting. Het
selecteren van [PORTRAIT] (Staand) voor de [OSD ROTATION] (OSD-rotatie) heeft geen
invloed op de richting van het menu van de mediaspeler.
Hiermee wordt de Toetsengids van de bedieningstoetsen van de monitor weergegeven wanneer het
schermmenu wordt geopend.
De Toetsengids is uitgelijnd met het toetsenpaneel van de monitor en beweegt niet als de OSD-positie
verandert. Het is een visuele gids om de positie van de knoppen aan te geven, zodat de functies eenvoudig
kunnen worden aangepast wanneer er geen gebruik wordt gemaakt van een afstandsbediening.
Hiermee kunnen enkele menu-instellingen voor schermweergave tussen monitors worden geëxporteerd
en geïmporteerd. De instellingen worden opgeslagen op een USB-opslagapparaat (geformatteerd als
FAT16 of FAT32) dat is aangesloten op de USB-poort van de monitor (Zie
Selecteer om de instellingen voor alle inputterminals te importeren. Als deze optie niet is geselecteerd,
worden alleen de instellingen voor de huidige inputterminal geïmporteerd.
Selecteer om te importeren de instellingen van elk schermweergavemenu afzonderlijk.
OPMERKING:
Als de hoofdstroom van de monitor is uitgeschakeld, wordt de selectie van de te
kopiëren instellingen teruggezet naar de standaardwaarden. De [HTTP]-optie is voor
het kopiëren van de webinterface-instellingen van de monitor. Alleen instellingen die niet
monitorgebonden zijn, worden tijden dit proces geëxporteerd en geïmporteerd.
Importeert de monitorinstellingen van een aangesloten USB-opslagapparaat.
Exporteert de monitorinstellingen naar een aangesloten USB-opslagapparaat.
Schakelt de led aan of uit die aangeeft dat de monitor is ingeschakeld en in actieve modus staat.
De voedingsindicator van de monitor zal niet gaan branden wanneer deze instelling [OFF] (Uit) is.
Nederlands−83
pagina
69) voor de opdrachtcodes van de monitor.
pagina
30).