Programmering met TAPPS2 / CAN-Bus
Eenheid
Wordt als meetgrootheid „Automatisch"genomen, dan wordt de eenheid, welke de verzendknoop
opgeeft, in de regelaar gebruikt.
Bij de keuze „Gebruikersgedef." kunnen een eigen eenheid, een sensorcorrectie en bij een actieve
sensorcheck bewakingsfuncties worden gekozen.
Aan iedere CAN-ingang wordt een eigen eenheid toegewezen, welke afwijkend tot de eenheid van de
verzendknoop kan zijn. Er staan verschillende eenheden ter beschikking.
Sensorcorrectie: De waarde van de CAN-ingang kan met een vaste waarde worden gecorrigeerd.
Waarde bij time-out
Wordt de time-outtijd overschreden, kan worden vastgelegd of de laatst overgedragen waarde
(„Onveranderd") of een instelbare vervangingswaarde uitgegeven wordt.
29