Afstandsbediening 1
(Hoofd)
* Bij het systeem met simultane werking moet de
afstandsbediening met de master-unit worden verbonden.
OPMERKING
• De nummer van de aansluitklemmen van de binnen- en buitenunits moeten overeenstemmen.
8-5 VOOR CENTRALE BESTURING
• Door de centrale bedieningsuitrusting met elkaar te verbinden, kan de SkyAir-serie als één groep centraal
worden bediend.
• De bedieningsbedrading moet ter plaatse worden geleverd. Bereid de aansluiting aan de hand van onder-
staande tabel voor.
• Raadpleeg de bedieningshandleiding en technische handleidingen over hoe de centrale bedieningsuitrus-
ting moeten worden aangesloten.
• Sluit de centrale uitrusting aan op de binnenunit die met de afstandsbediening is verbonden.
• Alleen wanneer de centrale uitrusting op de groep is aangesloten die door middel van twee afstandsbedie-
ningen wordt bediend, mogen de instellingen voor de "centrale afstandsbediening"en de "hulpbedie-
ning"worden ingesteld.
Bedieningsbedrading
OPMERKING
• Vinyldraad met mantel of kabel (isolatiedikte: 1 mm of meer)
30
P1 P2 F1 F2
Remote
Transmission
controller
wiring
Afstandsbediening 2
(Hulp)
Extra
afstandsbediening
Ommantelde vinylleiding of kabel (2 kernen)
(opmerking)
Aansluitingenblok
(X1M)
(Master*)
Binnenunit
Afb. 46
Bedrading
Buitenunit
Afstandsbediening 1
Afstandsbediening 2
Doorsnede mm²
0,75 - 1,25
Nederlands