vergrendeling aan (indien voorhanden) voordat u
de machine onbeheerd achterlaat.
•
Laat de motor afkoelen voordat u de machine in
een afgesloten ruimte stalt.
•
Zorg ervoor dat de brandstofafsluitklep is gesloten
voordat u de machine stalt of transporteert.
•
Stal de machine of het brandstofvat nooit in de
buurt van een open vuur, vonken of een waakvlam
zoals die van een boiler of een ander apparaat.
•
Zorg ervoor dat alle onderdelen van de
machine in goede staat verkeren en alle
bevestigingselementen stevig vastzitten, in het
bijzonder de bevestigingen van maaimessen.
•
Vervang versleten of beschadigde stickers.
Het veiligheidssysteem
controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
VOORZICHTIG
Niet-aangesloten of beschadigde
interlockschakelaars kunnen onverwachte
gevolgen hebben op de werking van
de machine. Dit kan lichamelijk letsel
veroorzaken.
• Laat de interlockschakelaars ongemoeid.
• Controleer elke dag de werking van
de interlockschakelaars en vervang
beschadigde schakelaars voordat u de
machine weer in gebruik neemt.
1.
Controleer of alle omstanders zich buiten het
werkgebied bevinden en houd handen en voeten
uit de buurt van de maaidekken.
2.
Met de bestuurder op de stoel mag de motor niet
starten als de schakelaar voor de maaidekken
of de tractieregeling is ingeschakeld. Verhelp
het probleem als het systeem niet naar behoren
werkt.
3.
Neem plaats op de stoel, plaats het tractiepedaal
in de neutraalstand, ontgrendel de parkeerrem
en zet de schakelaar van de maaidekken in de
stand U
. De motor moet starten. Sta op uit de
IT
stoel en druk langzaam het tractiepedaal neer.
De motor moet binnen 1 tot 3 seconden afslaan.
Verhelp het probleem als het systeem niet naar
behoren werkt.
Opmerking:
De machine is uitgerust met een
interlockschakelaar op de parkeerrem. De motor slaat
af als u het tractiepedaal indrukt terwijl de parkeerrem
in werking is gesteld.
De bevestigingspunten
zoeken
1. Bindogen
De machine transporteren
•
Gebruik een oprijplaat van volledige breedte bij
het laden van de machine op een aanhanger of
vrachtwagen.
•
Maak de machine stevig vast.
De machine slepen
In noodgevallen kan de machine over een korte
afstand worden gesleept. Toro beveelt dit echter niet
aan als standaardprocedure.
Belangrijk:
U mag de machine niet sneller dan
met 3 tot 4 km per uur slepen omdat anders
het aandrijfsysteem beschadigd kan raken.
Als de machine over een grote afstand moet
worden verplaatst, moet u deze vervoeren op een
vrachtwagen of een aanhanger.
1.
Ga naar het omloopventiel op de pomp
44) en draai deze 90°.
1. Omloopventiel
34
Figuur 43
Figuur 44
g190824
(Figuur
g008892