THBEnl2610 08/16 V 1.2
9 Werking en instellingen
9.1 Aanwijzingen over de menustructuur
De volledige menustructuur vindt u in het hoofdstuk "Menustructuur en stan-
daardwaarden [77]".
9.2 Vorstbeveiliging controleren
AANWIJZING
Installatieschade door vorst bij onderbreking van de stroomvoorziening
of stroomuitval
Wanneer de stroomtoevoer naar de regelaar wordt onderbroken, wordt de
vorstbescherming uitgeschakeld. Bij zeer lage temperaturen worden de verwar-
mingsinstallatie en het gebouw blootgesteld aan vorstschade.
► Schakel de stroomvoorziening van de regelaar bij vorstgevaar niet uit
► Bij vorstgevaar en langdurige stroomuitval of voor langdurige werkzaamhe-
den moet de installateur de volledig installatie leegmaken.
De regelaar activeert onafhankelijk van de ingestelde bedrijfsmodus de vorstbevei-
liging voor het gebouw en verwarmingscircuit.
9.3 Stroomuitval
Bij een stroomuitval worden alle instellingen behouden.
9.4 Status opvragen
U kunt de bedrijfsmodus van de volledige verwarmingsinstallatie en bijbehorende
individuele componenten opvragen.
9.4.1 Verwarmingscircuit
Menupad
Verw.circuit > Hoofdmenu > Controle
9 Werking en instellingen
49