Onderhoud van het
maaidek
Maaidek horizontaal stellen
De machine instellen
Opmerking:
Zorg ervoor dat het maaidek
horizontaal staat voordat u de maaihoogte instelt.
1.
Plaats de maaimachine op een horizontaal
oppervlak.
2.
Schakel de messchakelaar (aftakas) uit, zet de
rijhendels in de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
en stel de parkeerrem in werking.
3.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
4.
Controleer de spanning van de aandrijfbanden.
Opmerking:
De juiste bandenspanning
bedraagt 0,9 bar.
5.
Zet het maaidek op een maaihoogte van 76 mm.
Dek horizontaal stellen
1.
Plaats de maaimachine op een horizontaal
oppervlak.
2.
Zet de motor af, wacht tot alle bewegende
delen tot stilstand zijn gekomen, verwijder de
contactsleutel en stel de parkeerrem in werking.
3.
Controleer de bandenspanning van de
aandrijfbanden.
Opmerking:
De juiste bandenspanning
bedraagt 0,9 bar.
4.
Plaats de transportvergrendeling in de
vergrendelstand.
5.
Trap het maaidekpedaal helemaal in zodat het
maaidek wordt vergrendeld in de transportstand
van 14 cm
(Figuur
97).
1. Maaidekpedaal
2. Pen voor de maaihoogte
6.
Plaats de maaihoogtepen in de maaihoogtestand
van 7,6 cm.
7.
Ontgrendel de transportvergrendeling en laat
het dek zakken tot de gewenste maaihoogte.
8.
Breng het uitwerpkanaal omhoog.
9.
Meet aan beide zijden van het maaidek vanaf
het horizontale oppervlak tot de voorste punt
van het maaimes (punt A); zie
Opmerking:
bedragen.
1. Afstand van 7,6 cm bij
punt A is juist
2. Afstand van 8,3 cm bij
punt B is juist
10.
U kunt de stelmoer op de hefinrichting van
het voorste maaidek draaien om deze nog
nauwkeuriger in te stellen
65
Figuur 97
3. Transportvergrendeling
Figuur
De afstand moet 7,6 cm
Figuur 98
3. Meet hier vanaf de punt
van het mes tot aan het
harde oppervlak
4. Meet bij punt A en B aan
beide zijden
(Figuur
99).
g029840
98.
g009196