2.
Parkeer de machine zo, dat de achterkant iets
lager is dan de voorkant om ervoor te zorgen
dat alle olie volledig kan worden afgetapt.
3.
Schakel de messchakelaar (aftakas) uit, zet de
rijhendels in de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
en stel de parkeerrem in werking.
4.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat
Figuur 57
5.
Giet langzaam ongeveer 80% van de
gespecificeerde olie in de vulbuis en voeg
langzaam de rest van de olie toe tot het peil de
markering Vol bereikt
(Figuur
57).
(Figuur
58).
g035392
6.
Start de motor en rijd naar een vlak gebied.
7.
Controleer het oliepeil opnieuw.
Het motoroliefilter vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren
Opmerking:
vaker als de machine wordt gebruikt in zeer stoffige of
zanderige omstandigheden.
1.
Laat de olie uit de motor lopen; raadpleeg
Motorolie verversen (bladz.
2.
Vervang het motoroliefilter
g027734
45
Figuur 58
Vervang het oliefilter van de motor
44).
(Figuur
g027660
59).