B
EVEILIGING
Er verschijnt een lijst:
Selecteer de gewenste optie met de pijl
Een verboden prefix creëren, wijzigen of verwijderen
Ga naar het selectiescherm via de optie Prefix wijzigen. (zie hierboven).
Selecteer Prefix Wijzigen met de pijl
Een scherm met de verboden prefixen verschijnt.
Selecteer een beschikbare plaats (koppeltekens) of een te wijzigen prefix
met de pijl
Het scherm voor de invoer van een prefix verschijnt.
Voer het prefix in met behulp van het toetsenbord. Druk op
Om het menu te verlaten, drukt u op de rode
Tussenkomen
Gebruik de functie tussenkomen om een tweede handset, die bij hetzelfde
basisstation is aangemeld, al dan niet aan een gesprek te laten deelne-
men. Als de modus tussenkomen actief is, is het mogelijk deel te nemen
aan een lopende oproep met een andere handset.
- Prefix wijzigen: Om een prefix te wijzigen of te creëren (zie verder)
- Activeren:
Om verboden prefixen te activeren.
- Desactiveren:
Om verboden prefixen te desactiveren.
U kunt 5 verboden prefixen programmeren.
of
. Druk op
Om deel te nemen aan het lopend gesprek via de tweede hand-
set, drukt u op de groene
of
of
Wijzigen.
toets.
79
. Druk op
Valideren.
. Druk op
Valideren.
Valideren.
toets.