INHOUDSOPGAVE ...................... pagina VOORWOORD ........................5 GARANTIEBEPALINGEN ....................5 ® ® TYPE- EN SERIENUMMER VAN UW CENTRONIC /CENTERMATIC ....5 1 INLEIDING ........................6 2 BEDIENINGSPANEEL ....................7 ® ® 3 AANSLUITEN VAN DE CENTRONIC /CENTERMATIC ........8 ® 4 BASIS-INSTALLATIE CENTRONIC .................
Pagina 5
Deze handleiding hoort bij het CENTRONIC II regelsysteem met versienummer 1.00 tot en met 1.12 van de programmasoftware. T U L I P C E N T R O N I C I I V E R S I O N 1 . x x Direct na het aanzetten van CENTRONIC regelsysteem wordt het versienummer op het scherm getoond.
VOORWOORD Deze handleiding is bestemd voor degenen die met de machine werken en het dagelijks onderhoud uitvoeren. Lees de handleiding eerst geheel door voordat u met werkzaamheden begint. Instructies waarmee uw veiligheid en/of die van anderen in het geding is, worden aangegeven met een gevarendriehoek met uitroepteken in de kantlijn.
INLEIDING 1 INLEIDING De TULIP CENTRONIC II is een electronisch regelsysteem voor de strooihoeveelheidsinstelling van de TULIP CENTERLINER SX kunstmeststrooiers. Het regelsysteem (fig. 1) bestaat uit een: • bedieningskast (A, fig. 1), • aansluitblok (B), • actuatorbesturingskast (C), • rijsnelheidssensor (E) met codeschijf, •...
BEDIENINGSPANEEL 2 BEDIENINGSPANEEL A - Power-toets : hiermee wordt het CENTRONIC regelsysteem in- en uitgeschakeld. B - Prog-toets : met de Prog-toets wordt het CENTRONIC regelsysteem in de programmeermode gebracht. Het groene lampje in de toets brandt wanneer het CENTRONIC regelsysteem in de programmeermode staat.
® ® AANSLUITEN VAN DE CENTRONIC /CENTERMATIC ® ® 3 AANSLUITEN VAN DE CENTRONIC /CENTERMATIC Zie bijlage B wanneer het CENTRONIC regelsysteem voor het eerst wordt geïnstalleeerd of een andere trekker wordt gebruikt, voor de montage van de houder van de bedieningskast, de rijsnelheidssensor en codeschijf.
® BASIS-INSTALLATIE VAN DE CENTRONIC ® 4 BASIS-INSTALLATIE VAN DE CENTRONIC Het CENTRONIC regelsysteem heeft de keuze om de tekst in de Nederlandse, Engelse, Franse of Duitse taal weer te geven. Ook is een keuze tussen het metrische en het Britse eenheden stelsel aanwezig. Voer de installatieprocedure uit als een andere instelling van de taal en/of eenhedenstelsel wordt verlangd, en/of de CENTRASIDE kantafstrooi- inrichting wordt geinstalleerd.
5 INSTELFACTOR VAN EEN KUNSTMESTSOORT 5 INSTELFACTOR VAN EEN KUNSTMESTSOORT Het CENTRONIC regelsysteem regelt de klepstand zodanig dat de gewenste hoeveelheid zal worden gestrooid. De uitstroomsnelheid van de kunstmest is mede bepalend voor de vereiste klepstand. De uitstroomsnelheid kan per kunstmestsoort verschillen. Ook omstandigheden zoals vochtigheid hebben een invloed op de uitstromingseigenschappen van een kunstmestsoort.
® GEBRUIK VAN DE CENTRONIC ® 6 GEBRUIK VAN DE CENTRONIC Het CENTRONIC regelsysteem heeft de volgende gebruiksmogelijkheden: Automatisch doserend strooien (AUTO (C)-stand / AUTO (CM)-stand) AUTO (C) = uitsluitend het CENTRONIC regelsysteem aangesloten. AUTO (CM) = het CENTRONIC regelsysteem en het CENTERMATIC weegapparaat aangesloten. De kleppen van de doseerinrichting stellen zich automatisch in op de stand waarbij de ingestelde strooihoeveelheid wordt verkregen.
Pagina 13
® GEBRUIK VAN DE CENTRONIC In het gebruik van het CENTRONIC regelsysteem onderscheiden we de “programmeermode” en de “bedrijfsmode”. In de programmeermode (zie hoofdstuk 6.2) kunt u gegevens (instelfactor, strooihoeveelheid, rijbreedte, enz.) invoeren en/of wijzigen en omschakelen naar een andere gebruiksmogelijkheid (werkwijze). Het CENTRONIC regelsysteem slaat de gegevens op waarmee het laatst is gewerkt.
® Schema: gebruik van de CENTRONIC ® Schema: gebruik van de CENTRONIC • Sluit de componenten aan en druk op de Power-toets (A) ® (zie hoofdstuk 3 “Aansluiten van de CENTRONIC ...”). JA op één of meerdere vragen ® • Gebruikt u de CENTRONIC voor de eerste maal? •...
Programmeermode ® Programmeren van de CENTRONIC (Programmeermode) Met de rechter pijltoetsen (G) kunnen de gewenste instellingen worden ingesteld of geselecteerd. Bij een in te stellen getalwaarde wordt deze resp. verhoogd en verlaagd. Een getalwaarde verandert steeds sneller naarmate de pijltoets langer wordt ingedrukt.
Pagina 16
Programmeermode : AUTO (C)-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ A U TO ( C ) - s t a n d ” S T E L D E - Stel de hoeveelheid in op de gewenste waarde en ga D O S E R I N G...
Pagina 17
Programmeermode : AUTO (C)-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ A U TO ( C ) - s t a n d ” - Selecteer “JA”...
Pagina 18
Programmeermode : AUTO (C)-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ A U TO ( C ) - s t a n d ” - Breng het werpschijftoerental op een waarde tussen L A AT W E R P S C H I J F 430 en 470 toeren/min.
Pagina 19
Programmeermode : AUTO (C)-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) Het CENTRONIC regelsysteem berekent de instel- “ A U TO ( C ) - s t a n d ” factor aan de hand van de afdraaiproef.
Pagina 20
Programmeermode : HAND-stand ( v e r v o l g b l a d z i j d e 1 4 p r o g r a m m e e r m o d e ) “ H A N D - s t a n d ” S T E L D E - Stel de klepstand op de gewenste waarde.
Pagina 21
Programmeermode : HAND-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ H A N D - s t a n d ” Dit scherm verschijnt alleen als het CEN- TER MATIC weegapparaat is aangesloten.
Programmeermode : OPEN/DICHT-stand ( v e r v o l g h o o f d s t u k 6 . 2 p r o g r a m m e e r m o d e ) “ O P E N / D I C H T - s t a n d ” Het programmeren is voltooid.
Pagina 23
Programmeermode : AUTO (CM)-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ A U TO ( C M ) - s t a n d ” - Stel de hoeveelheid in op de gewenste waarde en ga S T E L D E door naar het volgende scherm.
Pagina 24
Programmeermode : AUTO (CM)-stand - Selecteer wanneer u een kunstmest gaat ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) verstrooien die een ander instelfactor heeft dan die “...
Pagina 25
Programmeermode : AUTO (CM)-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ A U TO ( C M ) - s t a n d ” R I J S N E L H E I D T I J D E N S - In het scherm worden de minimale- en maximale S T R O O I E N...
Pagina 26
Programmeermode : BOORDCOM-stand ( v e r v o l g h o o f d s t u k 6 . 2 p r o g r a m m e e r m o d e ) “ B O O R D C O M ” - Stel de hoeveelheid in op de gewenste waarde en ga S T E L D E G I F T / door naar het volgende scherm.
Pagina 27
Programmeermode: BOORDCOM-stand ( v e r v o l g p r o g r a m m e e r m o d e ) “ B O O R D C O M ” Dit scherm verschijnt alleen als het CENTER- MATIC weegapparaat is aangesloten.
Pagina 28
Programmeermode : BOORDCOM-stand ( v e r v o l g h o o f s t u k 6 . 2 p r o g r a m m e e r m o d e ) “ S T R O O I E N ” - Sluit de stekker van de actuatorbesturingskast van S L U I T D E de strooier aan op het aansluitblok.
® Werken met de CENTRONIC (Bedrijfsmode) ® Werken met de CENTRONIC (Bedrijfsmode) De bedrijfsmode van het CENTRONIC regelsysteem heeft een stand-by-stand en een werkstand. In de stand-by-stand zijn de kleppen van de doseerinrichting van de CENTERLINER kunstmeststrooier gesloten. De lamp in de start/stop- knop (D) brandt niet.
Pagina 30
® Werken met de CENTRONIC (Bedrijfsmode) Bij gebruik van de HAND-stand staat aan de rechterzijde in het scherm de ingestelde klepstand aangegeven. Een “ ’ ” is een tussenstand van de schaalverdeling. Met de rechter pijltoetsen (G) kan de voorgeprogram- x x x K L E P meerde klepstand worden verhoogd of verlaagd.
6.3.1 Reeks AUTO-stand (Bedrijfsmode) Reeks AUTO-stand 6.3.1 Actuele waarden van: • Rijsnelheid. Indien de rijsnelheidssensor niet is aange- 7 , 6 k m / h 4 5 0 sloten wordt de geprogrammeerde waarde ver meld. 1 0 3 5 r p m k g / h a •...
6.3.2 Reeks HAND-stand (Bedrijfsmode) Reeks HAND-stand 6.3.2 Actuele waarden van: • Rijsnelheid. Indien de rijsnelheidssensor niet is aange- 7 , 6 k m / h K L E P sloten wordt de geprogrammeerde waarde vermeld. 1 0 3 5 r p m S TA N D •...
6.3.3 Reeks BOORDCOM-stand (Bedrijfsmode) Reeks BOORDCOM-stand 6.3.3 Actuele waarden van: • Rijsnelheid. Indien de rijsnelheidssensor niet is aange- 7 , 6 k m / h sloten wordt de geprogrammeerde waarde vermeld. 2 0 0 • Gereden afstand. De waarde springt op 0,0 als dit / h a scherm wordt opgeroepen;...
® Gebruik van de CENTRASIDE ® Gebruik van de CENTRASIDE Het kantafstrooien kan worden uitgevoerd door de CENTERLINER kunstmeststrooier schuin te stellen of met behulp van de CENTRASIDE kantafstrooi-inrichting. De functies met betrekking tot de CENTRASIDE kantafstrooi-inrichting werken alleen als bij de ®...
® Rijdende instelproef (CENTERMATIC ® Rijdende instelproef (CENTERMATIC De rijdende instelproef heeft tot doel om snel tot de juiste instelfactor te komen. Het uitvoeren van de proef wordt sterk aangeraden als geen betrouwbare instelfactor van de te verstrooien kunstmest bekend is, met name als ook de gewenste gift klein is. Bij de proef wordt bij aanvang van het strooien en na een zekere afstand het begin- en eindgewicht bepaald.
Pagina 36
® Rijdende instelproef (CENTERMATIC Het eindgewicht wordt nu nauwkeurig bepaald. Na maximaal 15 seconden komt het CENTRONIC regelsysteem in de stand-by-stand van de bedrijfs- mode. De rijdende instelproef is hiermee voltooid.
Algemene gebruiksaanwijzingen Algemene gebruiksaanwijzingen • De metingen van de tellers kunnen een vertekend beeld geven wanneer kleine waarden worden afgelezen. Bijvoorbeeld: volgens teller bewerkte oppervlak = 0,9 ha; gestrooid gewicht = 200 kg. Indien de gewenste hoeveelheid 200/ha bedraagt, lijkt er teveel te zijn gestrooid. Echter, omdat de hectare teller per 0,1 ha oploopt kan in werkelijkheid 0,999 ha zijn bewerkt.
Beknopte gebruiksaanwijzing Beknopte gebruiksaanwijzing Sluit de componenten aan. Zet het CENTRONIC regelsysteem aan door op de Power-toets (A) te drukken. Doorloop de (basis) installatie-procedure (hoofdstuk 4) indien: • het CENTRONIC regelsysteem voor de eerste maal in gebruik wordt genomen. • een andere taal en/of eenhedenstelsel wordt gewenst. •...
FOUTMELDINGEN 7 FOUTMELDINGEN Op het scherm kunnen de volgende foutmeldingen verschijnen: De rijsnelheid is zodanig laag dat de klepstand, nodig om de gewenste hoeveelheid te strooien, kleiner is dan 3A. De opgebrachte hoeveelheid kan nu afwijken van de R I J S N E L H E I D gewenste hoeveelheid.
Pagina 40
FOUTMELDINGEN De voedingsspanning is te laag om het CENTRONIC A C C U S PA N N I N G regelsysteem te laten functioneren. Het doseren wordt T E L A A G ! gestopt. Controleer de accu en aansluitingen op slechte contacten. W E R K I N G O N D E R B R O K E N De actuator functioneert niet naar behoren.
Pagina 41
FOUTMELDINGEN De volgende foutmeldingen kunnen alleen optreden bij gebruik van het CENTERMATIC weegapparaat. Deze melding verschijnt als de voorraad kunstmest onder A A N D E L A AT S T E de 100 kg komt. Let op: de kunstmest kan ongelijk over de 1 0 0 k g B E Z I G twee bakhelften zijn verdeeld, waardoor één zijde eerder leeg kan zijn.
Pagina 42
FOUTMELDINGEN Deze melding verschijnt als er veel meer wordt S T R O O I T T E V E E L ! gestrooid dan op basis van de ingevoerde gegevens kan worden verwacht. Mogelijk is overgegaan op een kunstmestsoort met een andere instelfactor zonder deze nieuwe instel- factor in te programmeren.
Bijlage A A STORINGSANALYSE STO RING M O G ELIJKE O O RZAAK / OPLOSSING Bedieningskast • G een voedingsspanning aanwezig. Controleer stroomvoorziening . functioneert niet. - stekker maakt geen contact. - breuk in bekabeling. - zekering doorgebrand. - aansluiting op accu verbroken. Bedieningskast •...
Pagina 44
Bijlage A STO RING M O G ELIJKE O O RZAAK / OPLOSSING De strooihoeveelheid • Afdraaiproef niet goed uitgevoerd. Voer een nieuwe proef uit . is niet juist. - verkeerde gewicht ingevoerd (bv. emmer meegewogen). - geen tweede “noodzakelijke” afdraaiproef uitgevoerd. ®...
Bijlage B ® B MONTAGE VAN DE CENTRONIC -ONDERDELEN OP DE TREKKER Montage van de rijsnelheidssensor en codeschijf - Demonteer Ø Ø n van de achterwielen van de trekker. - Controleer voordat de codeschijf aan de velg wordt gemonteerd of deze over de asstomp/flens van de achterbrug past.
Bijlage B Aansluitblok - Plaats het aansluitblok (fig. A-5) in de cabine van de trekker. Aansluiting A dient voor de voeding, waarbij de rode draad op de plus-pool dient te worden aangesloten; de zwarte draad op de min pool. - Sluit het aansluitblok aan achter het contactslot van de trekker.
Bijlage B Controle van de rijsnelheidssensor Controleer de rijsnelheidssensor op haar werking. - Schakel het CENTRONIC regelsysteem in met de Power-toets (A). - Druk op de “Prog-toets”; het groene lampje in de toets moet nu branden. Regel indien nodig de helderheid van het scherm met de rechter pijltoetsen (G) bij.
Bijlage C C GEBRUIK VAN RADAR- OF TREKKERSENSOR Voor de meting van afstand en snelheid kan in plaats van de rijsnelheidssensor van het CENTRONIC regelsysteem, ook gebruik worden gemaakt van een snelheidssensor van de trekker of een radar. Voorwaarde is dat over 20 meter afgelegde weg, het aantal afgegeven impulsen tussen de 10 en 9999 ligt. Aansluiten van snelheidssensor van de trekker Sluit de snelheidssensor van de trekker als volgt aan op het aansluitblok.
Bijlage D D AFSTELLEN VAN DE ACTUATOR Wanneer de CENTERLINER met voorgemonteerde actuator wordt geleverd, is deze door fabriek afgesteld. De actuator dient te worden afgesteld met de installatie-procedure als: • de actuator is vervangen. • de actuatorbesturingskast (of de elektronica hiervan) op de CEN- TERLINER kunstmeststrooier is vervangen.
Pagina 50
Bijlage D - Afregelen van de actuator: M A A K D E A C T U ATO R S P I L Neem de actuatorspil los van de steun zodat deze L O S . D E S P I L M O E T vrij kan ronddraaien en uitschuiven.
Pagina 51
Bijlage D - Regel met de rechter pijltoetsen (G) de klepstand R E G E L D E O P E N naar 3A. De wijzer in de schaalverdeling staat dan A C T U ATO R TO T precies onder gat 3A. O N D E R K L E P S TA N D 3 A D I C H T...
Bijlage E E TABEL INSTELFACTOREN Kunstmestsoort Fabrikant Instelfactor KAS 27% N Kemira KAS 27% N Hydro Agri KAS 27% N NPK 26- 14- 0 NPK 23- 23- 0 Urea 45% N Hydro Agri Kalksalpeter 15,5% N Hydro Agri Kali Agrarische Unie V ulkaan Patentkali Agrarische Unie V ulkaan...
Pagina 53
Bijlage E E TABEL INSTELFACTOREN Kunstmestsoort Fabrikant Instelfactor KAS 27% N Kemira KAS 27% N Hydro Agri KAS 27% N NPK 26- 14- 0 NPK 23- 23- 0 Urea 45% N Hydro Agri Kalksalpeter 15,5% N Hydro Agri Kali Agrarische Unie V ulkaan Patentkali Agrarische Unie V ulkaan...
Pagina 54
Bijlage E E TABEL INSTELFACTOREN Kunstmestsoort Fabrikant Instelfactor KAS 27% N Kemira KAS 27% N Hydro Agri KAS 27% N NPK 26- 14- 0 NPK 23- 23- 0 Urea 45% N Hydro Agri Kalksalpeter 15,5% N Hydro Agri Kali Agrarische Unie V ulkaan Patentkali Agrarische Unie V ulkaan...
Pagina 55
Bijlage E E TABEL INSTELFACTOREN Kunstmestsoort Fabrikant Instelfactor KAS 27% N Kemira KAS 27% N Hydro Agri KAS 27% N NPK 26- 14- 0 NPK 23- 23- 0 Urea 45% N Hydro Agri Kalksalpeter 15,5% N Hydro Agri Kali Agrarische Unie V ulkaan Patentkali Agrarische Unie V ulkaan...