REMKO serie GPC
Vervangen van de printplaten
Als de vervanging van de besturingsprintplaat van het
GPC-apparaat nodig is, moeten de volgende stappen
worden uitgevoerd:
1) Schroef van de printplaatbehuizing losdraaien
en behuizingsdeksel verwijderen
Schroef
2) Alle stekkers en kabelklemmen van de GPC-printplaat
losdraaien en de kabel verwijderen
GPC-besturingsprintplaat
GPC-apparaat voor vlambewaking
Schroeven
3) Schroeven losdraaien en printplaat loshalen
4) Printplaat uitnemen en nieuwe printplaat plaatsen
5) Nieuwe printplaat met de schroeven op de
behuizing bevestigen
6) Alle stekkers insteken en de kabels overeenkomstig
het aansluitschema op de kabelklemmen aansluiten
7) Adres overeenkomstig de oude printplaat instellen
Wijzigingen in de afmetingen en de constructie, door de technische vooruitgang, voorbehouden.
44
Behuizingsdeksel
Ontstekingstrafo
8) Behuizingsdeksel rechts vasthaken, openklappen
en met de schroef bevestigen
9) Programmering van de parameters
Programmering van de parameters
De volgende waarden moeten in elk geval worden
geprogrammeerd:
d0, d1 en d5 voor identificatie van het apparaat
■
b1, b2, b3 voor de toerentalregeling van
■
de ventilatie-aandrijving voor het rookgas
S1 voor vrijgave van de NTC1-sonde van
■
de toevoer van de verwarmingslucht
ST1 is de streefwaarde voor NTC1
■
H51, H52 en H53 voor regulering boven 10 Vdc
■
(indien aanwezig)
S2, ST2 en P2 voor de verwarming van
■
de schakelkast (indien aanwezig)
Proces van de parameterinstelling
De programmering van de parameters kan via het
LCD-display aan de voorzijde van het apparaat
worden uitgevoerd, via de ATR-Smart-Basic of via
de ATR-Smart-Web.
Met de ATR-Smart-regelaars kunnen de parameters
opgevraagd en gewijzigd worden (zie vorige
pagina's). De parameters kunnen bekeken
worden. Voor de wijziging is, afhankelijk van
de parameterclassificatie, een wachtwoord
noodzakelijk. Het wachtwoord van niveau (1) is 001.
Alle andere wachtwoorden zijn alleen bekend bij de
klantenservice van REMKO.
Voor het wijzigen van de parameters via
de ATR-Smart-regelaar kan de aparte
gebruikershandleiding worden gebruikt.
AANWIJZING
Tijdens de programmering van de parameters
moet de brander worden uitgeschakeld. Het
LCD-display moet "rdy" of "Off" weergeven.