Figuur 26
Opmerking:
Controleer of de pakking van het
oliefilter contact maakt met de motor en draai
het oliefilter nog ¾ slag extra vast.
3.
Vul het carter met het juiste type nieuwe olie
(Figuur
25).
Onderhoud van de bougie
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren
Controleer of de elektrodenafstand tussen de centrale
elektrode en de massa-elektrode correct is voordat u
de bougie monteert. Gebruik een bougiesleutel voor
het (de)monteren van de bougie en een voelermaat
om de elektrodenafstand te meten en af te stellen.
Monteer een nieuwe bougie indien dit nodig is.
Type bougie: NGK
®
BPR4ES of gelijkwaardig
Elektrodenafstand: 0,75 mm
Bougie verwijderen
1.
Parkeer de maaimachine op een horizontaal
oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de
parkeerrem in werking.
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Maak de omgeving van de onderkant van de
bougie schoon om te voorkomen dat er vuil en
rommel in de motor terechtkomt.
4.
Verwijder de bougie
Bougie controleren
Belangrijk:
Bougie(s) nooit schoonmaken.
Verwijder een bougie altijd als deze: een zwarte
laag heeft, als de elektroden versleten zijn, als er
een vettige laag op ligt of als de bougie scheuren
vertoont.
g027477
Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor
naar behoren. Een zwarte laag op de isolator duidt
meestal op een vuil luchtfilter.
Stel de afstand in op 0,75 mm.
27
(Figuur
27).
Figuur 27
Figuur 28
g027478
g206628