Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Toro 31914 Gebruikershandleiding
Toro 31914 Gebruikershandleiding

Toro 31914 Gebruikershandleiding

Loopmaaier tractie-eenheid 13,24 kw (18 pk) met pistoolgreep en hydrostatische aandrijving
Verberg thumbnails Zie ook voor 31914:
Inhoudsopgave

Advertenties

Registreer uw product op www.Toro.com.
Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
Loopmaaier tractie-eenheid
13,24 kW (18 pk) met pistoolgreep en
hydrostatische aandrijving
Modelnr.: 31914—Serienr.: 400000000 en hoger
Form No. 3420-249 Rev B
*3420-249* B

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Toro 31914

  • Pagina 1 Form No. 3420-249 Rev B Loopmaaier tractie-eenheid 13,24 kW (18 pk) met pistoolgreep en hydrostatische aandrijving Modelnr.: 31914—Serienr.: 400000000 en hoger *3420-249* B Registreer uw product op www.Toro.com. Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
  • Pagina 2: Inleiding

    +44(0)1279 603019, e-mail: uk.service@toro.com. Figuur 2 Achterlossend maaidek afgebeeld Als u service, originele Toro onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met 1. Plaats van modelnummer en serienummer een erkende Service Dealer of met de klantenservice van Toro.
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Onderhoud van het luchtfilter ......24 Motorolie verversen/oliepeil controleren ... 25 Onderhoud van de bougie ........ 27 g000502 Onderhoud brandstofsysteem ......28 Figuur 3 Onderhoud van de brandstoftank...... 28 Onderhoud van het brandstoffilter..... 29 1. Waarschuwingssymbool Onderhoud aandrijfsysteem ........ 30 Het toerenregelaarmechanisme Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt afstellen ............
  • Pagina 4: Veiligheid

    Veiligheid zoals stenen, speelgoed en draad die door de machine kunnen worden geraakt. • Controleer of de dodemansknop, de Onjuist gebruik of onderhoud door de gebruiker veiligheidsschakelaars en de veiligheidsschermen of eigenaar kan letsel veroorzaken. Om het zijn bevestigd en naar behoren werken. Gebruik risico op letsel te verkleinen, dient u zich aan de de machine uitsluitend als deze naar behoren volgende veiligheidsinstructies te houden en altijd...
  • Pagina 5: De Machine Veilig Gebruiken Op Hellingen

    Onderhoud en opslag • Breng het maaidek niet omhoog als de maaimessen draaien. • Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, • Gebruik de machine niet als de afscherming schakel de aandrijvingen uit, stel de parkeerrem in van de aftakas of andere afschermingen niet werking, zet de motor uit en verwijder het sleuteltje goed op hun plaats zitten.
  • Pagina 6: Veiligheids- En Instructiestickers

    Zorg ervoor dat veiligheidsinformatie duidelijk zichtbaar is. Vervang beschadigde of ontbrekende stickers. decaloemmarkt Merkteken van fabrikant 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele Toro maaimachine is. decal95-5537(hydro) decal320006 95-5537 320006 1.
  • Pagina 7 decal130-8370 130-8370 decal106-2733 1. Vergrendelde neutraalstand 106-2733 1. Snel 3. Langzaam 2. Continu snelheidsregeling decal130-8375 130-8375 1. Lees de 4. Rechts verhogen Gebruikershandleiding. 2. Links verhogen 5. Instelknop sporing 3. Afstelling sporing decal115-1039 115-1039 1. Parkeerrem – buiten 2. Parkeerrem – in werking werking decal115-4212 115-4212...
  • Pagina 8 decal119-6672 119-6672 1. Vooruit 10. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 2. Neutraalstand 11. Waarschuwing – Gebruik deze machine uitsluitend als u hiervoor instructie hebt ontvangen. 3. Achteruit 12. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Zet de motor af voordat u afval verwijdert. 4.
  • Pagina 9: Montage

    Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Hoeveel- Procedure Omschrijving Gebruik heid Vloeistoffen en bandenspanning – Geen onderdelen vereist controleren. Wielset (afzonderlijk verkrijgbaar) De wielset monteren. Gebruikershandleiding Lees de Gebruikershandleiding en Gebruikershandleiding van de motor bekijk het instructiemateriaal voor de Instructiemateriaal voor gebruiker gebruiker voordat u de machine bedient.
  • Pagina 10: Algemeen Overzicht Van De Machine

    Algemeen overzicht • Bekijk het instructiemateriaal voor de gebruiker voordat u de machine bedient. Dit is algemeen instructiemateriaal en uw machine kan verschillen van de machine van de machines in het instructiemateriaal. • Gebruik de olieaftapslang bij het vervangen van de motorolie.
  • Pagina 11 Bedieningspaneel Aftakasknop Terwijl u de dodemanshendels tegen de handgrepen knijpt, gebruikt u de aftakasknop om de drijfriem in en uit te schakelen en zo de maaimessen aan te drijven. Trek de knop omhoog om de messen in te schakelen en druk de knop omlaag om de messen uit te schakelen.
  • Pagina 12: Specificaties

    Als dit niet mogelijk is, is het beter om bij te vullen uit een draagbaar vat dan met Werktuigen/accessoires behulp van een vulpistool. Een selectie van door Toro goedgekeurde werktuigen • Gebruik de machine uitsluitend als het complete en accessoires is verkrijgbaar voor gebruik met de...
  • Pagina 13: Veiligheid Staat Voorop

    – Houd uw gezicht uit de buurt van het vulpistool Draai de tankdop stevig vast. Neem gemorste en de opening van de brandstoftank.. brandstof op. – Voorkom contact met de huid; gemorste brandstof afspoelen met zeep en water. Veiligheid staat voorop Aanbevolen brandstof Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies en -stickers in het hoofdstuk Veilige bediening.
  • Pagina 14: De Handrem Uitschakelen

    De handrem uitschakelen Zet de rijhendels in de vergrendelde EUTRAALSTAND Zet de gashendel in de stand T (Figuur RAAG Schakel de aftakasknop uit en zet de snelheidshendel in de N EUTRAALSTAND Laat de motor 30 tot 60 seconden stationair draaien. Draai het sleuteltje op U Stel de parkeerrem in werking en verwijder het g241312...
  • Pagina 15: Vergrendelde Neutraalstand Vrijzetten

    Maaimessen inschakelen (aftakas) Om de maaimessen in te schakelen, knijpt u de dodemanshendels tegen de handgrepen (Figuur 12). Trek de aftakasknop omhoog. Houd de dodemanshendels tegen de handgreep gedrukt. Opmerking: Als u de dodemanshendels loslaat terwijl de maaimessen draaien, slaat de motor af.
  • Pagina 16: Het Veiligheidssysteem Gebruiken

    Het veiligheidssysteem WAARSCHUWING gebruiken Tijdens het testen van het veiligheidssysteem kan de machine naar voren rijden en lichamelijk letsel of materiële schade VOORZICHTIG veroorzaken. Niet-aangesloten of beschadigde • Test het veiligheidssysteem op een open interlockschakelaars kunnen onverwachte terrein. gevolgen hebben op de werking van •...
  • Pagina 17: Achteruitrijden

    Om een bocht te maken, knijpt u in de rijhendel Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje aan de kant waar u naartoe wilt draaien (Figuur en wacht totdat alle bewegende onderdelen 13). tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
  • Pagina 18: De Maaihoogte Instellen

    tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Zet de machine goed vast op de aanhanger of de vrachtwagen met behulp van riemen, kettingen, kabels of touwen. De maaihoogte instellen Deze machine heeft een maaihoogtebereik van 26 tot 108 mm. Stel de afstandsstukken van de messen, de hoogte van de achteras of de afstandsstukken van de voorste zwenkwielen af om de juiste maaihoogte te verkrijgen.
  • Pagina 19: De Stand Van Het Zwenkwiel Aanpassen

    motor ver genoeg omhoog om de aandrijfwielen te kunnen verwijderen. Verwijder de aandrijfwielen. Draai de 2 bovenste asbouten los maar verwijder deze niet (Figuur 16). Verwijder de 2 onderste asbouten (Figuur 16). g001456 Figuur 17 1. Vergrendelpen 3. Afstandsstuk – 13 mm 2.
  • Pagina 20 Draai de bovenste flensbouten (⅜" x 1¼") en de flensmoer los waarmee de handgreep aan het achterframe is bevestigd (Figuur 19). Draai de onderste flensbouten (⅜" x 1") en de flensmoeren los waarmee de handgreep aan het achterframe is bevestigd (Figuur 19).
  • Pagina 21: Maaihoogteschema

    Maaihoogteschema Aantal afstandsstukken Aantal mesafstandsstukken van 6 mm onder de spilas onder het zwenkwiel Stand van de as 13 mm 5 mm 26 mm 32 mm 38 mm 45 mm 51 mm 29 mm 35 mm 41 mm 48 mm 54 mm 35 mm 41 mm...
  • Pagina 22: Onderhoud

    Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure • Motorolie verversen. • Spanning van de drijfriem controleren. Na de eerste 8 bedrijfsuren • Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. •...
  • Pagina 23: Smering

    De pompbediening en Smering haakse hendel smeren Figuur 20 voor de locatie van de smeerpunten op de machine. Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Het Type vet: nr. 2 smeervet op lithium- of draaipunt van de pompaandrijfriem molybdeenbasis smeren. Parkeer de maaimachine op een horizontaal Om de 50 bedrijfsuren—De pompbediening oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de smeren.
  • Pagina 24: Onderhoud Motor

    Onderhoud motor Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren (vaker in vuile of stoffige omstandigheden). Om de 50 bedrijfsuren (vaker in vuile of stoffige omstandigheden). Om de 200 bedrijfsuren/Jaarlijks (houd hierbij de kortste periode aan) (vaker in vuile of stoffige omstandigheden).
  • Pagina 25: Motorolie Verversen/Oliepeil Controleren

    Monteer het luchtfilterdeksel en zet het vast met de dekselknop (Figuur 21). Motorolie verversen/olie- peil controleren Motorolietype Olie-inhoud: met vervanging van filter: 1,7 liter; zonder vervanging van filter: 1,5 liter Viscositeit: Zie onderstaande tabel. g017470 Figuur 22 Het motoroliepeil controleren g194611 Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Figuur 23...
  • Pagina 26: Motoroliefilter Vervangen

    g194610 Figuur 25 De oude olie afgeven bij een inzamelcentrum. g027476 Motoroliefilter vervangen Figuur 24 Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsu- ren—Vervang het motoroliefilter Giet langzaam ongeveer 80% van de (vaker in vuile of stoffige omstandig- gespecificeerde olie in de vulbuis en voeg heden).
  • Pagina 27: Onderhoud Van De Bougie

    tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Maak de omgeving van de onderkant van de bougie schoon om te voorkomen dat er vuil en rommel in de motor terechtkomt. Verwijder de bougie (Figuur 27). g027478 Figuur 27 Bougie controleren Belangrijk: Bougie(s) nooit schoonmaken.
  • Pagina 28: Bougie Monteren

    Bougie monteren Onderhoud brandstofsysteem Onderhoud van de brandstoftank GEVAAR In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Tap de brandstof af uit de brandstoftank g027661 wanneer de motor koud is.
  • Pagina 29: Onderhoud Van Het Brandstoffilter

    g001467 Figuur 30 1. Brandstofklep 2. Brandstoffilter g001468 Figuur 31 1. Slangklem 3. Filter Onderhoud van het 2. Brandstofslang brandstoffilter Trek het filter uit de brandstofslangen. Monteer een nieuw filter en schuif de Brandstoffilter vervangen slangklemmen terug tot dicht bij het filter. Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren/Jaar- Open de brandstofafsluitklep aan de lijks (houd hierbij de kortste periode...
  • Pagina 30: Onderhoud Aandrijfsysteem

    Onderhoud aandrijfsysteem Voer stap Het toerenregelaarmechanisme afstellen (bladz. 30) Sporing afstellen (bladz. 35) uit om het mechanisme af te stellen als de machine onderhoud nodig heeft. Als er afstellingen nodig zijn, voer deze dan in onderstaande volgorde uit. Het toerenregelaarmecha- nisme afstellen Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de...
  • Pagina 31: Neutraalstandmechanisme Afstellen

    Neutraalstandmechanisme afstellen WAARSCHUWING De motor moet lopen als u dit mechanisme afstelt. Contact met bewegende onderdelen of hete oppervlakken kan lichamelijk letsel veroorzaken. Houd kleding, gezicht, handen, voeten en andere lichaamsdelen uit de buurt van de draaiende onderdelen, de geluiddemper en andere hete oppervlakken.
  • Pagina 32: Het Hydrauliekmechanisme Afstellen

    WAARSCHUWING Het elektrische systeem kan niet veilig worden afgesloten terwijl de dodemanshendels zijn ingedrukt. • Controleer of de dodemanshendels werken op het moment dat de afstelling is voltooid. • Gebruik de machine nooit als de dodemanshendels zijn ingedrukt. Knijp één rijhendel in tot u weerstand voelt. Dit is de NEUTRAALSTAND Opmerking:...
  • Pagina 33 Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Breng de achterzijde van de machine omhoog op kriksteunen tot de aandrijfwielen van de grond komen. Schakel de parkeerrem uit. Start de motor en zet de gashendel op vol gas.
  • Pagina 34: Bedieningsstang Afstellen

    terug in de . Herhaal dit totdat NEUTRAALSTAND het rechterwiel niet langer naar voren draait (Figuur 38). Houd de dodemanshendels ingedrukt. Opmerking: Hou de dodemanshendels ingedrukt op het moment dat de toerenregeling zich niet in de bevindt; anders NEUTRAALSTAND slaat de motor af. De veer waarmee de spanning op de knop wordt gehandhaafd, hoeft normaal gesproken niet te worden afgesteld.
  • Pagina 35: Sporing Afstellen

    Als het wiel naar voren of achteren draait, stel dan de lengte van de bedieningsstang af; zie Bedieningsstang afstellen (bladz. 35). Bedieningsstang afstellen Stel de lengte van de stang af door de rijhendel los te laten en de R-pen en gaffelpen te verwijderen.
  • Pagina 36: Bandenspanning Controleren

    van de hydraulische pomp om te voorkomen dat het aandrijfsysteem hapert. Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
  • Pagina 37: Onderhoud Koelsysteem

    Onderhoud koelsysteem Onderhouden remmen Luchtinlaatrooster reinigen Onderhoud van de rem Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Vóór elk gebruik moet u controleren of de parkeerrem goed werkt. Verwijder vóór elke gebruik aangekoekt gras of ander vuil van de cilinder en de koelribben van de Stel de parkeerrem altijd in werking wanneer u de cilinderkop, het luchtinlaatrooster op het uiteinde van machine stopt of onbeheerd achterlaat.
  • Pagina 38: Onderhoud Riemen

    Onderhoud riemen Riemen controleren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren/Maan- delijks (houd hierbij de kortste periode aan) Controleer de riemen op tekenen van slijtage, zoals gieren tijdens het draaien van de riem, slippen van de messen tijdens het maaien, gerafelde randen, schroeiplekken en scheuren.
  • Pagina 39: Drijfriemspanning Afstellen

    Draai de borgmoer op de spanmoer los (Figuur 46). Draai de spanmoer richting de achterkant van het maaidek om de spanning op de riem te doen toenemen. Draai de spanmoer richting de voorkant van het maaidek om de spanning op de riem te doen afnemen (Figuur 46).
  • Pagina 40 Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Schakel de aftakas in. Pas de lengte van het mechanisme aan tot waar het onderste uiteinde van de haakse hendel bijna de versterkingsplaat van de assteun raakt...
  • Pagina 41: Veiligheidsschakelaar Van De Aftakas Afstellen

    schade aan de schakelaar kan ontstaan (Figuur 51). Draai de montagebeugel van de schakelaar vast. g001849 Figuur 50 1. Hulparm 5. Koppeling hulparm 2. Voorste aanslag 6. Gaffel 3. Achterste aanslag 7. R-pen 4. Spanmoer g001855 Figuur 51 Om de koppeling van de hulparm af te stellen, 1.
  • Pagina 42: Onderhoud Hydraulisch Systeem

    Onderhoud hydraulisch Opmerking: U kunt de hydraulische vloeistof op twee manieren controleren: als de vloeistof warm is systeem en als de vloeistof koud is. De keerplaat in de tank geeft 2 niveaus aan, afhankelijk of de vloeistof warm of koud is. Het hydraulische systeem Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de...
  • Pagina 43: Het Hydraulische Filter Vervangen

    Het hydraulische filter vervangen Als er geen vloeistof in het reservoir is, vul het dan met hydraulische vloeistof tot ongeveer Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren 6 mm onder de bovenzijde van de keerplaat van het reservoir. Om de 200 bedrijfsuren Belangrijk: Gebruik de olie die wordt Belangrijk:...
  • Pagina 44: Hydraulische Leidingen

    Hydraulische leidingen uitschakelen. De pompen kunnen beschadigd raken als de pomp te heet wordt. Ga door met controleren de volgende stap als een van de aandrijfwielen nog steeds niet ronddraait. Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Controleer de hydraulische leidingen en slangen op lekkages, losgeraakte aansluitingen, kinken, loszittende steunen, slijtage, beschadigingen als gevolg van weersinvloeden en de inwerking van...
  • Pagina 45: Onderhoud Van Het Maaidek

    Onderhoud van het maaidek Onderhoud van de maaimessen Voor achterlossende maaidekken g006530 Figuur 55 Opmerking: Voor het klepelwerktuig: raadpleeg de 1. Snijrand 3. Slijtage/groefvorming Gebruikershandleiding voor de maai-eenheid. 2. Gebogen deel 4. Scheur Om een goed maairesultaat te verkrijgen, moet u de maaimessen scherp houden.
  • Pagina 46: Maaimessen Verwijderen

    Toro messen gebruiken. Gebruik ter Opmerking: Het mes blijft in balans als u van vervanging nooit messen van andere fabrikanten beide snijranden dezelfde hoeveelheid materiaal omdat dit in strijd kan zijn met de veiligheidsnormen.
  • Pagina 47: Mesrem Afstellen

    Mesrem afstellen Stalling Parkeer de maaimachine op een horizontaal Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. parkeerrem in werking. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen en wacht totdat alle bewegende onderdelen...
  • Pagina 48 Verwijder de bougie(s) en controleer de toestand ervan; zie Onderhoud van de bougie (bladz. 27). Nadat de bougie(s) uit de cilinder is (zijn) verwijderd, giet u 2 eetlepels motorolie in het bougiegat. Gebruik de startmotor om de motor te laten draaien en zo de olie over de cilinderwand te verspreiden.
  • Pagina 49: Problemen, Oorzaak En Remedie

    Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De motor start niet, start moeilijk of slaat 1. De brandstoftank is leeg. 1. Brandstoftank vullen. 2. De brandstofsluitklep is gesloten. 2. Open de brandstofklep. 3. De choke staat niet op AAN. 3.
  • Pagina 50 Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De maaihoogte is ongelijk. 1. Maaimes(sen) bot. 1. Mes(sen) slijpen. 2. Maaimes(sen) verbogen of niet in 2. Nieuwe maaimes(sen) monteren. balans. 3. Het maaidek staat niet horizontaal. 3. Maai dek horizontaal stellen en in de correcte schuinstand stellen. 4.
  • Pagina 51: Schema's

    Schema's g016112 Elektrisch schema (Rev. A) g001544 Hydraulisch schema (Rev. A)
  • Pagina 52 De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer.

Inhoudsopgave