2 Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen –
Fotogidsen
Gidsen voor basisfuncties
Maak vaak foto's om aan de camera te wennen. U kunt beginnen met het fotograferen van
onderwerpen bij u in de buurt zoals kinderen, bloemen of huisdieren. Probeer bij de gemaakte
foto's die een slechte kwaliteit hebben te ontdekken wat fout is gegaan. De problemen kunnen
vaak worden opgelost door eenvoudigweg beter op te letten tijdens het fotograferen.
Scherpstelling: de ontspanknop bedienen
Niet scherpgesteld is vaak de oorzaak van slechte foto's. In veel
gevallen wordt in plaats van op het bedoelde onderwerp
scherpgesteld op het gebied achter of voor het onderwerp of op
andere onderwerpen.
De ontspanknop kan half en helemaal worden ingedrukt. Zodra
u het half en helemaal indrukken beheerst, kunt u zelfs
scherpstellen op bewegende onderwerpen.
g "Fotograferen" (Blz. 7), "Als scherpstellen op het
onderwerp niet lukt (scherpstelgeheugen)" (Blz. 31)
Echter, zelfs als op het onderwerp is scherpgesteld, kan het
beeld wazig worden als de camera beweegt terwijl de
ontspanknop wordt ingedrukt. Houd de camera goed vast zodat
deze niet beweegt. De camera is vooral gevoelig voor beweging
als met live bekijken gefotografeerd wordt terwijl het onderwerp
op de monitor bekeken wordt. Daarnaast kan het nodig zijn om
een statief te gebruiken om te voorkomen dat de camera
beweegt, zelfs als u denkt dat er voldoende licht is.
g "Vasthouden van de camera" (Blz. 7)
Naast de problemen met scherpstelling en beweging van de camera, zorgt beweging van het
onderwerp er ook voor dat het beeld wazig wordt. De mogelijkheid om met een sluitertijd te
fotograferen die bij de beweging van het onderwerp past is essentieel. U kunt de sluitertijd en
het diafragma op de displays van de zoeker en monitor bevestigen als u de ontspanknop bij het
fotograferen half indrukt. Controleer deze displays tijdens het fotograferen.
g "Gebruik van de functieknop" (Blz. 14), "Preview-functie" (Blz. 30), "Live bekijken" (Blz. 18)
Half indrukken:
Helderheid: Belichtingscorrectie
Aan de hand van de helderheid kiest de camera automatisch
een diafragmawaarde en sluitertijd. Dit is automatische
belichting. Echter, automatische belichting alleen is geen
garantie voor foto's die voldoen aan uw wensen. Op zulke
momenten kunt u de belichting aanpassen door de
belichtingswaarde die tijdens het fotograferen door de
automatische belichting van de camera wordt ingesteld te
verhogen of verlagen.
Verhoog de belichtingswaarde als u de duizelingwekkende
sensatie van het zomerstrand of de witte sneeuw eruit wilt laten
springen. En verlaag de belichtingswaarde als het te fotograferen gebied kleiner en helderder
is dan zijn omgeving. Als u niet zeker weet hoeveel belichtingscorrectie nodig is, is het beter
om de foto met verschillende instellingen te maken.
g "Belichtingscorrectie – De helderheid van het beeld variëren" (Blz. 47)
Helemaal indrukken:
2
21
NL