5.3
Inbouwposities
5.3.1
Horizontale inbouwpositie
De pomp op de juiste plaats installeren!
Ontoelaatbare installatieplaatsen leiden tot verontreiniging van het procesvacuüm of tot
schade aan de pomp.
Let op de kenmerkafkorting achter de modelaanduiding op het typeplaatje!
De pictogrammen op het pomphuis in acht nemen!
De met bedrijfsvloeistof gevulde pomp niet verplaatsen of kantelen!
Fig. 5:
Geldige inbouwposities van de turbopomp. Andere ruimteposities zijn niet toegestaan.
±5° max.
Fig. 6:
Toegestane bevestiging en oriëntering van de bedrijfsmiddelpomp bij horizontale in-
bouwpositie van de turbopomp
Bij horizontale montage mag de langwerpige as van de bedrijfsmiddelpomp maximum
5° van de horizontale afwijken aangezien anders de pomp kan worden verontreinigd.
Pijpleidingen voor de vacuümpomp ondersteunen of laten afhellen. Op de verankerde
pomp mogen geen krachten uit het pijpleidingssysteem worden uitgeoefend.
De axiale belastbaarheid van de hoogvacuümflens bedraagt max. 2000 N (in overeen-
stemming met 200 kg). Een eenzijdige belasting van de hoogvacuümflens is daarbij niet
toegestaan.
LET OP
Installatie
15