Onderhoudsinterval
Om de 800 bedrijfsuren
Vóór de stalling
Om de 2 jaar
Controlelijst voor dagelijks onderhoud
Kopieer deze pagina ten behoeve van gebruik bij routinecontroles.
Gecontroleerd item
Werking van veiligheidssysteem controleren.
Werking van de remmen controleren.
Het peil van de motorolie en de brandstof
controleren.
Indicator voor verstopping in luchtfilter controleren.
Radiateur en scherm controleren op vuil.
Controleren of motor ongewone geluiden maakt.
Controleren op ongewone geluiden tijdens het
gebruik.
Peil van hydraulische vloeistof controleren.
Hydraulische slangen en leidingen op schade
controleren.
Controleren op lekkages.
De bandenspanning controleren.
Werking van instrumenten controleren.
Afstelling van contact tussen snijplaat en cilinder
controleren.
Maaihoogte-instelling controleren.
Controleren of de smeernippels moeten worden
gesmeerd.
2
Beschadigde lak bijwerken.
1. Controleer de gloeibougie en de spuitstukken van de injector, als de motor moeilijk start, buitensporig veel rook afgeeft of
ongelijkmatig loopt.
2. Onmiddellijk na elke wasbeurt, ongeacht de voorgeschreven interval
Onderhoudsprocedure
• Brandstoftank aftappen en reinigen
• Motorkleppen afstellen (zie de Gebruikershandleiding van de motor).
• Brandstoftank aftappen en reinigen
• Koelsysteem schoonspoelen en koelvloeistof vervangen.
• Vervang alle loszittende slangen.
• De transmissiekabel vervangen..
Voor week van:
Ma.
1
Di.
Wo.
Do.
33
Vr.
Za.
Zo.