Pagina 2
Deze publicatie bevat de meest recente productinformatie die beschikbaar was voor het ter perse gaan. Honda Motor Co., Ltd. behoudt zich het recht voor om te allen tijde wijzigingen aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder het aangaan van enige verplichting.
Pagina 3
De volgende codes in dit instructieboekje ● uw nieuwe Honda-voertuig. Door te kiezen duiden elke bestemming aan. voor een Honda maakt u deel uit van een De afbeeldingen hierin zijn gebaseerd op ● wereldwijde familie van tevreden klanten die het type CBF125ME ED.
Pagina 4
Enkele opmerkingen over veiligheid Uw veiligheid en de veiligheid van anderen zijn GEVAAR zeer belangrijk. Het veilig rijden op dit voertuig U ZULT DODELIJK of ERNSTIG LETSEL is een belangrijke verantwoordelijkheid. Om u te helpen goed geïnformeerde veiligheidsbe- OPLOPEN als u de instructies niet opvolgt. slissingen te nemen, hebben wij bedieningsproce- WAARSCHUWING dures en andere informatie in dit instructieboekje...
Pagina 5
Inhoudsopgave Veiligheid van het voertuig BLZ. 2 Bedieningshandleiding BLZ. 16 Onderhoud BLZ. 46 Verhelpen van storingen BLZ. 84 Informatie BLZ. 94 Specificaties BLZ. 106...
Pagina 6
Veiligheid van het voertuig Dit gedeelte bevat belangrijke informatie voor het veilig rijden met uw voertuig. Lees dit gedeelte aandachtig door. BLZ. 3 Veiligheidsrichtlijnen ........... BLZ. 6 Waarschuwingslabels .......... BLZ. 10 Veiligheidsmaatregelen........BLZ. 11 Voorzorgsmaatregelen voor het rijden ..BLZ. 14 Accessoires &...
Pagina 7
Veiligheidsrichtlijnen Veiligheidsrichtlijnen goedgekeurde helm en beschermende kleding dragen. Draag duopassagiers op om zich aan de handgreep of aan uw middel vast te houden, met Volg deze richtlijnen met het oog op uw veiligheid: u mee te leunen tijdens het schuinleggen van het Voer alle routine- en periodieke inspecties uit ●...
Pagina 8
Zorg ervoor dat u beter zichtbaar bent, vooral 's avonds, door heldere reflecterende kleding te dra- Houd uw Honda in veilige staat gen, te rijden op plaatsen waar andere bestuurders Het is belangrijk voor uw veiligheid en uw rijplezier u kunnen zien, uw richting aan te geven voordat u dat u het voertuig goed onderhoudt.
Pagina 9
Veiligheidsrichtlijnen WAARSCHUWING Als u besluit verder te rijden, zet dan eerst de contactschakelaar in de stand (Off) en Het laten draaien van de motor van uw controleer de staat van uw voertuig. Inspecteer op voertuig in een afgesloten of zelfs in vloeistoflekkage, controleer of cruciale moeren en bouten goed vastzitten en controleer het stuur, de een gedeeltelijk afgesloten ruimte, kan...
Pagina 10
Waarschuwingslabels Waarschuwingslabels Op de volgende pagina's wordt de betekenis Lees de instructies in het instructieboekje van de labels beschreven. Sommige labels aandachtig door. waarschuwen u voor potentiële gevaren die ernstig letsel kunnen veroorzaken. Andere Lees de instructies in de werkplaatshandleiding bieden belangrijke veiligheidsinformatie.
Pagina 11
Waarschuwingslabels ACCULABEL Type ED GEVAAR • Houd vonken en vlammen uit de buurt van de accu. Accu's produceren gas dat een explosie kan veroorzaken. • Draag een beschermbril en rubberen handschoenen bij het hanteren van de accu, anders kunt u brandwonden oplopen of uw gezichtsvermogen verliezen door het elektrolyt van de accu.
Pagina 12
• Het gewicht van de bagage mag niet meer zijn dan 13 kg onder alle omstandigheden. • Het monteren van grote kuipdelen op de voorvork of het stuur wordt niet aanbevolen. WAARSCHUWINGSLABEL CBS Het afstellen van de kabel moet worden uitgevoerd door een Honda- dealer.
Pagina 13
Waarschuwingslabels LABEL BANDENINFORMATIE EN AANDRIJFKETTING Bandenspanning in koude toestand: [Alleen bestuurder] Voor 175 kPa (1,75 kgf/cm Achter 225 kPa (2,25 kgf/cm [Bestuurder en passagier] Voor 175 kPa (1,75 kgf/cm Achter 225 kPa (2,25 kgf/cm Zorg ervoor dat de aandrijfketting juist is afgesteld en gesmeerd. Speling 20 - 30 mm VEILIGHEIDSLABEL Draag altijd een helm en beschermende kleding met het oog op uw...
Pagina 14
Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen Vizier met een onbelemmerd gezichtsveld of ● andere goedgekeurde oogbescherming WAARSCHUWING Rijd voorzichtig met uw beide handen aan het ● stuur en uw voeten op de voetsteunen. Het niet dragen van een helm verhoogt Passagiers moeten zich aan de handgreep of ●...
Pagina 15
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Voorzorgsmaatregelen Wees voorzichtig op oppervlakken met een ● lage tractie. voor het rijden De banden slippen sneller op dit soort oppervlakken en de remweg is langer. Inrijperiode Vermijd continu remmen. ● Door herhaaldelijk te remmen, zoals bij Volg deze richtlijnen tijdens de eerste 500 km om heuvelafwaarts rijden, kunnen de remmen de toekomstige betrouwbaarheid en prestaties van...
Pagina 16
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Bedien de voor- en achterrem tegelijkertijd voor Parkeren de meest efficiënte remwerking. Parkeer op een stevige, horizontale ● Remmen op de motor ondergrond. Als u op een helling of onverhard terrein moet Remmen op de motor helpt om de snelheid van ●...
Pagina 17
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Parkeren op de zijstandaard of de Draai het stuur volledig naar links. Het draaien van het stuur naar rechts middenbok reduceert de stabiliteit en kan tot gevolg Zet de motor uit. hebben dat het voertuig omvalt. Zijstandaard gebruiken Klap de zijstandaard omlaag.
Pagina 18
Wij raden u ten sterkste aan om geen accessoires ongeval waarbij u ernstig of dodelijk te installeren die niet specifiek door Honda voor letsel kunt oplopen. uw voertuig zijn ontworpen en geen modificaties aan het oorspronkelijke ontwerp van uw voertuig Volg alle aanwijzingen in dit instructie- aan te brengen.
Pagina 19
Beladen Beladen WAARSCHUWING Overbelasting of verkeerd beladen kan Het vervoeren van extra gewicht heeft invloed ● een ongeval veroorzaken waarbij u op het rijgedrag, het remgedrag en de ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen. stabiliteit van uw voertuig. Rijd altijd met een veilige snelheid die is afgestemd op de belading.
Pagina 20
Basishandelingen Inspectie voor het rijden (BLZ.53) Accelereren Voor een veilige rit dient u uw voertuig eerst zorgvuldig te inspecteren. Draai het gas geleidelijk open. Houd u aan de snelheidslimiet. Schakelen (BLZ.42) Motor starten (BLZ.39) Start de motor en laat deze warmdraaien.
Pagina 21
Parkeren (BLZ.12) Remmen Draai de gashendel dicht en Parkeer op een stevige, horizon- bedien de voor- en achterrem tale ondergrond. Gebruik de tegelijk. standaard en vergrendel het Het remlicht geeft aan dat u stuurslot. remt. Stoppen Geef, als u de weg gaat verlaten, tijdig richting aan.
Pagina 22
Locatie van onderdelen Type ED Remlichtschakelaar (BLZ.75) Stelbout veervoorspanning Zekeringkast (BLZ.92) van achtervering (BLZ.83) Accu (BLZ.65) Remvloeistofreservoir van voorrem (BLZ.70) Gashendel (BLZ.82) Motorolievuldop/peilstok (BLZ.68) Achterrempedaal (BLZ.72) Datalinkstekker...
Pagina 26
Instrumenten -toets -toets Displaycontrole Als de contactschakelaar op (On) wordt gezet, wordt de opstartanimatie getoond. Als een deel van deze displays niet wordt weergegeven zoals het hoort, laat uw dealer dan controleren op problemen.
Pagina 27
Kilometerteller [TOTAL], ritteller [TRIP Snelheidsmeter A/B], huidig brandstofverbruik, gemiddeld brandstofverbruik [A AVG], beschikbare rijafstand [RANGE] (BLZ.24) Indicator SERVICE NODIG (BLZ.27) Versnellingsstandindicator De schakelstand wordt weergegeven door de versnellingsstandindicator. Brandstofmeter Klok (12-uursweergave) Resterende brandstof wanneer alleen het 1e Klok instellen: (BLZ.31) segment (E) gaat knipperen: ongeveer 0,8 L Als de indicator van de brandstofniveaumeter knippert of uitgaat:...
Pagina 28
Instrumenten (Vervolg) Kilometerteller [TOTAL], ritteller [TRIP A/B], huidig brandstofverbruik, gemiddeld brandstofverbruik [A AVG], beschikbare rijafstand [RANGE] Met de -toets schakelt u tussen de kilometerteller, ritteller A, ritteller B, huidig brandstofverbruik, gemiddeld brandstofverbruik en beschikbare rijafstand. Kilometerteller Ritteller A Ritteller B (BLZ.25) (BLZ.25) (BLZ.25)
Pagina 29
Kilometerteller [TOTAL] Huidig brandstofverbruik Totale afgelegde afstand. Toont het huidige brandstofverbruik. Als "------" wordt weergegeven, ga dan naar Weergavebereik: 0.0 tot 99.9 L/100km (km/L of uw dealer voor onderhoud. mile/L) of 0.0 tot 299.9 mile/gal • Meer dan 99,9 L/100km (km/L of mile/L): Ritteller [TRIP A/B] "99.9"...
Pagina 30
Instrumenten (Vervolg) Beschikbare rijafstand [RANGE] Gemiddeld brandstofverbruik [A AVG] Geeft de geschatte afstand weer die u kunt Toont het gemiddelde brandstofverbruik sinds afleggen met de resterende brandstof. het resetten van ritteller A. Niet beschikbaar wanneer alle segmenten van Het gemiddelde brandstofverbruik is gebaseerd de brandstofniveaumeter oplichten.
Pagina 31
Indicator SERVICE NODIG resetten Indicator SERVICE NODIG Houd de -schakelaar ingedrukt en draai de Gaat branden wanneer de afgelegde afstand de contactschakelaar in de stand (On). Houd de eerste keer ongeveer 1000 km bereikt en elke -schakelaar langer dan 3 seconden 6000 km na het resetten van de indicator.
Pagina 32
Instrumenten (Vervolg) Om ritteller B terug te stellen houdt u de Ritteller [TRIP A/B], gemiddeld toets ingedrukt terwijl ritteller B wordt brandstofverbruik [A AVG] en weergegeven. beschikbare rijafstand [RANGE] terugstellen Om ritteller A, gemiddeld brandstofverbruik en beschikbare rijafstand samen terug te stellen, houdt u de -toets ingedrukt terwijl ritteller A wordt weergegeven.
Pagina 33
Display instellen Normale weergave De volgende items kunnen sequentieel worden gewijzigd. Instelmodus • ECO-indicator in- of uitschakelen In- of uitschakelen • Klok instellen van de ECO-indicator (BLZ.30) • Eenheid van snelheid en afgelegde afstand wijzigen • Eenheid van brandstofverbruikmeter wijzigen Klok instellen (BLZ.31) Als er ongeveer 30 seconden niet op de toetsen...
Pagina 34
Instrumenten (Vervolg) 1 ECO-indicator in- of uitschakelen: Druk op de -toets. De ECO-indicator is ingesteld en het display schakelt over naar het Zet de contactschakelaar in de stand (On). instellen van de klok. Met de kilometerteller [TOTAL] weergegeven: houd de - en -toets ingedrukt tot de ECO-indicator begint te knipperen.
Pagina 35
2 Klok instellen: c Druk op de -toets totdat de gewenste minuten worden weergegeven. a Druk op de -toets totdat het gewenste uur Houd de -toets ingedrukt om de wordt weergegeven. minuten versneld vooruit te laten gaan. Houd de -toets ingedrukt om de uren versneld vooruit te laten gaan.
Pagina 36
Instrumenten (Vervolg) 3 Eenheid van snelheid en afgelegde 4 Eenheid van brandstofverbruikmeter afstand wijzigen: wijzigen: Wanneer "km/h" voor snelheid en "km" voor Druk op de -toets om "km/h" en "km" of afstand zijn geselecteerd "mph" en "mile" te selecteren. Druk op de -toets om "L/100km"...
Pagina 37
Controlelampjes Als één van deze controlelampjes niet gaat branden terwijl dat zou moeten, laat dan uw dealer controleren op problemen. PGM-FI-storingslampje (elektronisch geregelde brandstofinspuiting) (MIL) Gaat kort branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. Als dit gaat branden terwijl de motor draait: (BLZ.86) Richtingaanwijzer links Richtingaanwijzer rechts...
Pagina 38
Controlelampjes (Vervolg) ECO-indicator Als het brandstofverbruik verbetert, gaat de ECO-indicator branden. Wanneer het voertuig tot stilstand komt, gaat de ECO-indicator uit. ECO-indicator in- of uitschakelen: (BLZ.30) Indicator grootlicht Indicator neutraalstand Gaat branden als de transmissie in de neutraalstand staat.
Pagina 40
Schakelaars Motorstopschakelaar/ Startknop Moet normaal in de stand (Run) blijven staan. Schakel in geval van nood over naar de stand (Stop) om de motor te stoppen. Claxonknop Richtingaanwijzerschakelaar Door op de schakelaar te drukken, wordt de richtingaanwijzer Schakelaar dimlicht/passeerlicht uitgeschakeld. •...
Pagina 41
Contactschakelaar (On) Schakelt het elektrische systeem in/uit, Schakelt het elektrische systeem vergrendelt het stuur. in voor het starten/rijden. De sleutel kan in de stand (Off) of (Lock) (Off) worden verwijderd. Schakelt de motor uit. (Lock) Vergrendelt het stuur. Vervolg...
Pagina 42
Schakelaars (Vervolg) Stuurslot Vergrendelen Vergrendel het stuur wanneer u parkeert om Draai het stuur volledig naar links of rechts. diefstal te voorkomen. Duw de sleutel omlaag en zet de Een U-vormig wielslot of iets vergelijkbaars contactschakelaar in de stand (Lock). wordt ook aanbevolen.
Pagina 43
Motor starten Start de motor volgens de volgende procedure, LET OP ongeacht of de motor koud of warm is. • Als de motor niet binnen 5 seconden start, moet u de contactschakelaar in de stand (Off) zetten en 10 seconden wachten voordat u de motor opnieuw probeert te starten om de accuspanning te verhogen.
Pagina 44
Motor starten (Vervolg) Als u de motor niet kunt starten: Zet de versnellingsbak in de neutraalstand Draai de gashendel iets open (ongeveer -controlelampje gaat branden). U kunt ook de koppelingshendel intrekken om uw voertuig 3 mm, zonder speling). te starten met de transmissie in de versnelling Ongeveer 3 mm, zonder speling wanneer de zijstandaard omhoog is geklapt.
Pagina 45
Als de motor niet start: Uitsluitend type U De startknop gebruiken De kickstarter gebruiken a Open de gashendel volledig en druk a Zet de contactschakelaar uit. gedurende 5 seconden op de startknop. b Open de gashendel volledig en laat met de b Herhaal de normale startprocedure.
Pagina 46
Schakelen De transmissie van uw voertuig is uitgerust met 5 vooruitversnellingen in een schakelpatroon van één omlaag, vier omhoog. Als u het voertuig in de versnelling zet met een omlaag geklapte zijstandaard, wordt de motor uitgeschakeld.
Pagina 47
Tanken Brandstofvuldop openen Afdekkap van slot Onderste rand Open de afdekkap van het slot, steek de Contactsleutel van vulhals contactsleutel in het slot en draai deze naar rechts om de brandstofvuldop te openen. Brandstofvuldop sluiten Lijn de vergrendeling van de brandstofvuldop na Sleuf het tanken uit met de sleuf in de vulhals.
Pagina 48
Opberguitrusting Gereedschapsset/Documentzakje Documentzakje De gereedschapsset bevindt zich onder het zadel. Het documentzakje bevindt zich onder het zadel. Gereedschapsset Zadel verwijderen (BLZ.66)
Pagina 49
Helmhouder Zadel verwijderen (BLZ.66) De helmhouder bevindt zich onder het zadel. WAARSCHUWING Gebruik de helmhouder uitsluitend bij het Een helm die aan de houder is bevestigd, parkeren. kan tijdens het rijden tegen het achterwiel Helmhouder of de vering komen en tot een ongeval D-ring helm leiden.
Pagina 50
Onderhoud Lees "Het belang van onderhoud" en "Standaardonderhoud" aandachtig door voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. Raadpleeg "Specificaties" voor servicegegevens. BLZ. 47 BLZ. 82 Het belang van onderhoud ......Gashendel ............BLZ. 48 BLZ. 83 Onderhoudsschema .......... Andere afstellingen ........... BLZ. 53 BLZ.
Pagina 51
Het belang van onderhoud Het belang van onderhoud Onderhoudsveiligheid Het goed onderhouden van uw voertuig is Lees altijd de onderhoudsvoorschriften voordat u absoluut essentieel voor uw veiligheid en het onderhoud uitvoert en zorg ervoor dat u over de beschermen van uw investering, optimale benodigde gereedschappen, onderdelen en prestaties, het voorkomen van pech en het vaardigheden beschikt.
Pagina 52
Honda door geschoolde en Honda raadt aan om uw dealer een proefrit met bevoegde monteurs. Uw dealer voldoet aan deze uw voertuig te laten maken na het uitvoeren van vereisten.
Pagina 53
Vervangen De procedures zijn vermeld in een officiële Reinigen werkplaatshandleiding van Honda. Smeren : Technisch. Met het oog op uw veiligheid raden wij aan om het voertuig voor een servicebeurt naar uw dealer te brengen.
Pagina 54
Onderhoudsschema Inspectie Frequentie voor het Jaarlijkse Regelmatig Items × 1000 km 12 18 24 30 36 rijden controle vervangen pagina BLZ. 53 × 1000 mijl 12 16 20 24 Remvloeistof 2 jaar Slijtage remschoen/remblok 71, 74 Remsysteem Remlichtschakelaar Koplamphoogte – Lichten/claxon –...
Pagina 55
Reinigen De procedures zijn vermeld in een officiële Smeren werkplaatshandleiding van Honda. : Technisch. Met het oog op uw veiligheid raden wij aan om het voertuig voor een servicebeurt naar uw dealer te brengen. Vervolg...
Pagina 56
Onderhoudsschema Inspectie Frequentie voor het Jaarlijkse Regelmatig Items × 1000 km rijden controle vervangen pagina BLZ. 53 × 1000 mijl Remvloeistof 2 jaar Slijtage remschoen/remblok 71, 74 Remsysteem Remlichtschakelaar Koplamphoogte – Lichten/claxon – Motorstopschakelaar – Koppelingssysteem Zijstandaard Vering Moeren, bouten, –...
Pagina 57
Standaardonderhoud Remmen − Werkingscontrole; Inspectie voor het rijden ● Voor: remvloeistofniveau en remblokslijtage Met het oog op de veiligheid bent u controleren BLZ. 70, BLZ. 71 verantwoordelijk om een controle voor het rijden Achter: schoenslijtage en speling controleren, uit te voeren en alle vastgestelde problemen te aanpassen indien nodig BLZ.
Pagina 58
Standaardonderhoud Onderdelen vervangen Kleurenlabel Gebruik altijd originele Honda-onderdelen of gelijkwaardige onderdelen om betrouwbaarheid en veiligheid te waarborgen. Vermeld de modelnaam, kleur en code vermeld op het kleurenlabel bij het bestellen van gekleurde onderdelen. Het kleurenlabel bevindt zich op het frame onder het zadel.
Pagina 59
Standaardonderhoud Accu Dit symbool op de accu duidt aan dat het product niet met het huishoudelijk Uw voertuig is uitgerust met een onderhoudsvrije afval mag worden afgevoerd. accu. U hoeft het elektrolytniveau van de accu niet te controleren en geen gedistilleerd water toe te LET OP voegen.
Pagina 60
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Wat te doen in geval van nood Als een van de volgende situaties zich voordoet, Uit de accu komt tijdens normaal dient u onmiddellijk naar uw arts te gaan. gebruik explosief waterstofgas vrij. Elektrolyt spat in de ogen: ●...
Pagina 61
Vervang de accu altijd door een andere onderhoudsvrije accu van hetzelfde type. LET OP Het monteren van elektrische accessoires van andere fabrikanten dan Honda kan het elektrische LET OP systeem overbelasten, de accu doen ontladen en Als u de zekering vervangt door een zekering met mogelijk het systeem beschadigen.
Pagina 62
BLZ. 107 als "Energiebesparend" of "Hulpbronbesparend" op het ronde API-servicesymbool. Als u motorolie van andere fabrikanten dan Honda gebruikt, controleer dan op het label of de olie aan de volgende normen voldoet: JASO T 903-norm : MA ●...
Pagina 63
Remvloeistof kan kunststof- en gelakte oppervlakken of beschadigd zijn. beschadigen. Verwijder gemorste remvloeistof onmiddellijk en reinig het oppervlak grondig. Aanbevolen remvloeistof: Honda DOT 3- of DOT 4-remvloeistof of Normaal Beschadigd Versleten gelijkwaardig (GOED) (VERVANGEN)
Pagina 64
Standaardonderhoud Reiniging en smering Type U Reinig de ketting en kettingwielen na het inspecteren van de speling terwijl u het achterwiel draait. Gebruik een droog doekje met een kettingreiniger die speciaal is ontworpen voor O-ringkettingen of een neutraal reinigingsmiddel. Gebruik een zachte borstel als de ketting vuil is.
Pagina 65
Standaardonderhoud Carterontluchting Banden (inspecteren/vervangen) Bandenspanning controleren Voer hieraan vaker onderhoud uit als u in de regen of Controleer uw banden met het blote oog en met vol gas rijdt of nadat het voertuig is gewassen of gebruik een bandenspanningsmeter om de is gevallen.
Pagina 66
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Controleren op abnormale slijtage Controleer de banden Het rijden op banden die overmatig zijn op tekenen van versleten of verkeerd zijn opgepompt, abnormale slijtage op kan een botsing veroorzaken waarbij u het draagvlak. ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen. Volg alle aanwijzingen in dit instructieboekje betreffende de juiste Profieldiepte controleren...
Pagina 67
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Laat uw banden door uw dealer vervangen. Zie "Specificaties" voor de aanbevolen banden en Het monteren van ongeschikte banden bandenspanning. BLZ. 107 op uw voertuig kan het stuurgedrag en Volg deze richtlijnen voor het vervangen van banden: de stabiliteit nadelig beïnvloeden en Gebruik de aanbevolen banden of ●...
Pagina 68
Gereedschap De gereedschapsset is opgeborgen onder het zadel. BLZ. 66 U kunt enkele reparaties onderweg uitvoeren, kleine afstellingen maken en onderdelen vervangen met het meegeleverde gereedschap. 14 × 17 mm steeksleutel ● Bougiesleutel ● Standaard-/kruiskopschroevendraaier ● Stiftsleutel ●...
Pagina 69
Verwijderen en installeren van onderdelen Accu Verwijder de accuhouder. Koppel de minpool - los van de accu. Pluspool Moer van Koppel de pluspool + los van de accu. accupool Verwijder de accu en pas op dat u de moeren van de accupolen niet laat vallen. Accu Installeren Minpool...
Pagina 70
Verwijderen en installeren van onderdelen Zadel Zadel Verwijderen Steek de contactsleutel in het zadelslot. Draai de sleutel naar rechts en trek het Bevestigingspennen zadel omhoog en naar achteren. Installeren Steek de bevestigingspennen in de steunen op het frame. Zadelslot Duw de achterkant van het zadel naar voren en naar beneden totdat het zadel op zijn plaats wordt vergrendeld.
Pagina 71
Verwijderen en installeren van onderdelen Zijkap Zijkap De zijkappen rechts en links worden op dezelfde manier verwijderd. Bevestigingsrubbers Verwijderen Bevestigings- Verwijder de schroef. pennen Verwijder de bevestigingspennen uit de bevestigingsrubbers. Verwijder de zijkap. Schroef Installeren Monteer de onderdelen in de omgekeerde Zijkap volgorde van de demontage.
Pagina 72
Motorolie Motorolie controleren Olievuldop/peilstok Laat de motor 3 tot 5 minuten stationair draaien als de motor koud is. Zet de contactschakelaar in de stand Bovenste (Off) en wacht 2 tot 3 minuten. niveau Zet uw voertuig op de middenbok op een stevige, horizontale ondergrond.
Pagina 73
Motorolie Motorolie bijvullen Motorolie bijvullen Plaats de olievuldop/peilstok terug en draai stevig vast. Als het motoroliepeil zich onder of dicht bij LET OP het onderste merkstreepje bevindt, moet u Het te vol vullen met olie of het rijden met de aanbevolen motorolie bijvullen. BLZ.
Pagina 74
Remmen Remvloeistof van voorrem Remvloeistofreservoir van voorrem controleren Plaats uw voertuig rechtop op een stevige en horizontale ondergrond. Controleer of het remvloeistofreservoir horizontaal staat en of het vloeistofniveau zich boven het LWR-merkstreepje bevindt. LWR-merkstreepje Inspecteer de remblokken op slijtage als het remvloeistofniveau in het reservoir zich onder het LWR-merkstreepje bevindt of de speling van de remhendel buitensporig wordt.
Pagina 75
Remmen Remblokken vóór inspecteren Remblokken vóór inspecteren Remblokken Controleer de staat van de remblokslijtage- Slijtage- indicatoren indicatoren. De remblokken moeten worden vervangen als een remblok tot aan de onderkant van de indicator versleten is. Inspecteer de remblokken vanaf de voorkant van de remklauw.
Pagina 76
Remmen Vrije slag van het achterrempedaal controleren Vrije slag van het Controleer of de remstang, remarm, veer en rembevestiging in goede staat zijn. achterrempedaal controleren Zet uw voertuig op de middenbok op een stevige, horizontale ondergrond. Meet de afstand waarover het achterrem- pedaal beweegt voordat de rem begint aan te grijpen.
Pagina 77
Remmen Vrije slag van het achterrempedaal afstellen Vrije slag van het Het afstellen gebeurt door de stelmoer van de achterrem telkens een halve slag achterrempedaal afstellen te draaien. Zorg ervoor dat de uitsparing op de stelmoer zich op de pen van de remarm bevindt tijdens het afstellen van de speling.
Pagina 78
Remmen Slijtage van remschoen achter controleren Slijtage van remschoen achter Duw tegen de remarm om te controleren of er ruimte is tussen de stelmoer van de controleren achterrem en de pen van de remarm. Remarm De achterwielrem is voorzien van een remslijtage-indicator.
Pagina 79
Neem contact op met uw dealer zodra te laat in werking treedt of in richting B als onderhoud aan de remmen vereist is. de schakelaar te vroeg in werking treedt. Gebruik alleen originele Honda-onderdelen Plaats de zijkap rechts terug. of gelijkwaardig materiaal. Remlichtschakelaar...
Pagina 80
Zijstandaard Zijstandaard controleren Controleer of de zijstandaard soepel werkt. Als de zijstandaard stijf is of piept, reinig dan de scharnierzone en smeer de scharnierbout met schoon vet. Controleer de veer op beschadiging of uitrekking. Ga op het voertuig zitten, zet de transmissie in neutraal en klap de zijstandaard omhoog.
Pagina 81
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting Rijd niet met uw voertuig als de speling groter is dan 50 mm. inspecteren Type ED Controleer de speling van de aandrijfketting op verschillende punten langs de ketting. Als de speling niet constant is op alle punten, kunnen sommige schakels vervormd zijn en vastlopen.
Pagina 82
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting inspecteren Duw de aandrijfketting met uw vinger Type U Controleer de speling van de aandrijfketting op naar boven en beneden. verschillende punten langs de ketting. Als de Speling van aandrijfketting: speling niet constant is op alle punten, kunnen 20 - 30 mm sommige schakels vervormd zijn en vastlopen.
Pagina 83
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting inspecteren Reinig en smeer de aandrijfketting. BLZ. 60 Bovenste Haak kettingkast Lijn de gaten en inkepingen van de bovenste kettingkast uit met de gaten en Steunen steunen van de swingarm. Haak Haal de 2 bouten tijdelijk aan om de bovenste kettingkast vast te zetten.
Pagina 84
Koppeling Koppeling controleren Controleer de koppelingskabel op knikken of tekenen van slijtage. Laat de kabel indien nodig door uw dealer vervangen. Speling van koppelingshendel Smeer de koppelingskabel met een in de controleren handel verkrijgbaar kabelsmeermiddel om Controleer de speling van de koppelingshendel. voortijdige slijtage en corrosie te voorkomen.
Pagina 85
Koppeling Speling van koppelingshendel afstellen Speling van koppelingshendel Borgmoer afstellen Draai de borgmoer los. Draai aan de stelmoer totdat de speling van de koppelingshendel is afgesteld op 10 - 20 mm. Draai de borgmoer vast en controleer de speling van de koppelingshendel. Start de motor, trek de koppelingshendel in en zet de transmissie in de versnelling.
Pagina 86
Gashendel Gashendel controleren Speling Zet de motor uit en controleer of de Flens gashendel soepel draait van de volledig gesloten tot de volledig geopende stand in alle stuurstanden en of de speling van de gashendel juist is. Laat het voertuig door uw dealer inspecteren als de gashendel niet soepel beweegt of automatisch dicht gaat of als de kabel is beschadigd.
Pagina 87
Andere afstellingen Achtervering afstellen 1 2 3 4 5 Veervoorspanning U kunt de veervoorspanning afstellen met Stiftsleutel behulp van de versteller afhankelijk van de belading of het wegoppervlak. Gebruik de stiftsleutel om de versteller te Versteller draaien. Stand 1 is voor het verlagen van de veervoor- spanning (zacht) en stand 3 tot 5 is voor het verhogen van de veervoorspanning (hard).
Pagina 88
Verhelpen van storingen BLZ. 85 Motor start niet ..........Waarschuwingslampjes branden of BLZ. 86 knipperen ............PGM-FI-storingslampje (elektronisch geregelde BLZ. 86 brandstofinspuiting) (MIL)........ BLZ. 87 Andere waarschuwingsaanduidingen ... BLZ. 87 Storingsaanduiding brandstofniveaumeter ... BLZ. 88 Lekke band............BLZ. 89 Elektrische problemen ........BLZ.
Pagina 89
Motor start niet De startmotor werkt maar de De startmotor werkt niet motor start niet Controleer het volgende: Controleer de juiste startvolgorde van de ● Controleer het volgende: motor. BLZ. 39 Controleer de juiste startvolgorde van de ● Zorg ervoor dat de motorstopschakelaar in ●...
Pagina 90
Waarschuwingslampjes branden of knipperen PGM-FI-storingslampje Wat te doen als het storingslampje knippert (elektronisch geregelde Parkeer het voertuig op een veilige plaats en brandstofinspuiting) (MIL) uit de buurt van brandbare voorwerpen en wacht ten minste 10 minuten met stilstaande motor tot deze is afgekoeld. Type ED Redenen voor het gaan branden/ LET OP...
Pagina 91
Andere waarschuwingsaanduidingen Storingsaanduiding brandstofniveaumeter In geval van een defect van het brandstofsysteem zien de indicatoren van de brandstofniveaumeter eruit zoals getoond in de afbeeldingen. Ga in deze gevallen zo snel mogelijk naar uw dealer.
Pagina 92
Lekke band Het repareren van een lekke band of het WAARSCHUWING demonteren van een wiel vereist speciaal Het rijden op uw voertuig met een gereedschap en technische expertise. Wij tijdelijk gerepareerde band kan riskant raden u aan om deze servicebeurt door uw zijn.
Pagina 93
Elektrische problemen De accu loopt leeg Doorgebrande lamp Laad de accu op met een acculader voor Volg de onderstaande procedure om een motorfietsen. doorgebrande lamp te vervangen. Zet de contactschakelaar in de stand (Off) Haal de accu uit het voertuig voor het (Lock).
Pagina 94
Elektrische problemen Doorgebrande lamp Lamp rem-/achterlicht Lamp van richtingaanwijzer voor/ achter Fitting Lens richtingaanwijzer Schroef Lamp Pakking van lens Lamp Verwijder de schroef. Verwijder de lens van de richtingaanwijzer Verwijder het zadel. BLZ. 66 en de pakking van de lens. Draai de fitting naar links en trek deze Duw lichtjes op de lamp en draai deze eruit.
Pagina 95
Elektrische problemen Doorgebrande lamp Lamp van kentekenplaatverlichting Pakking af- dekkap kente- kenplaatver- lichting Lamp Schroeven Afdekkap kentekenplaatverlichting Verwijder de schroeven, de afdekkap van de kentekenplaatverlichting en de pakking van de afdekkap van de kentekenplaatverlichting. Trek de lamp eruit zonder deze te draaien.
Pagina 96
Elektrische problemen Doorgebrande zekering Doorgebrande zekering Verwijder de zijkap rechts. BLZ. 67 Verwijder de afdekkap van de zekeringkast. Zie “Inspecteren en vervangen van Trek de zekeringen er een voor een uit zekeringen" voor het hanteren van de met de zekeringtrekker in de afdekkap zekeringen.
Pagina 97
Motor draait sporadisch instabiel Als het filter van de brandstofpomp verstopt is, kan de motor tijdens het rijden sporadisch instabiel draaien. Zelfs als dit symptoom optreedt, kunt u met uw voertuig blijven rijden. Als de motor instabiel draait terwijl er voldoende brandstof beschikbaar is, dient u uw voertuig zo spoedig mogelijk door uw dealer te laten controleren.
Pagina 98
Informatie BLZ. 95 Onderhoudsdiagnoserecorders...... BLZ. 95 Sleutels..............Instrumenten, bedieningselementen en andere BLZ. 96 functies ............... BLZ. 97 Onderhoud van uw voertuig ......BLZ. 100 Uw voertuig stallen ......... BLZ. 101 Uw voertuig vervoeren........BLZ. 102 U en het milieu ..........BLZ.
Pagina 99
Een metalen sleutelhanger kan schade toebrengen Deze gegevens zijn echter alleen toegankelijk voor aan het gebied rond de contactschakelaar. Honda, haar erkende dealers en erkende reparateurs, werknemers, vertegenwoordigers en contractanten voor de technische diagnose, het onderzoek en de ontwikkeling van het voertuig.
Pagina 100
Instrumenten, bedieningselementen en andere functies Instrumenten, bedieningsele- Ritteller menten en andere functies Elke ritteller springt weer op 0.0 wanneer de kilometerstand van de rit 9.999,9 overschrijdt. Contactschakelaar Ook worden het gemiddelde brandstofverbruik en Als u de contactschakelaar in de stand (On) laat de beschikbare rijafstand tegelijkertijd teruggezet.
Pagina 101
Het frequent reinigen en oppoetsen is belangrijk om de droge doek. lange levensduur van uw Honda te garanderen. Potenti- Smeer alle bewegende delen na het drogen van het voertuig. ele problemen zijn gemakkelijker vast te stellen op een Zorg ervoor dat u geen smeermiddel op de schoon voertuig.
Pagina 102
Onderhoud van uw voertuig Voorzorgsmaatregelen voor het wassen Richt geen waterstraal op het luchtfilter: ● Water in het luchtfilter kan het starten van Volg deze richtlijnen voor het wassen: de motor verhinderen. Gebruik geen hogedrukreinigers: ● Richt geen waterstraal op de koplamp: ●...
Pagina 103
Onderhoud van uw voertuig Aluminium componenten Uitlaatpijp en geluiddemper Aluminium wordt aangetast door corrosie na Gebruik geen in de handel verkrijgbare contact met vuil, modder of wegenzout. Reinig schuurpasta wanneer de uitlaatpijp en aluminium onderdelen regelmatig en volg deze geluiddemper zijn gelakt. Gebruik een neutraal richtlijnen om krassen te voorkomen: reinigingsmiddel om het gelakte oppervlak van de Gebruik geen stijve borstels, staalwol of...
Pagina 104
Uw voertuig stallen Uw voertuig stallen Controleer alle onderhoudsonderdelen die door het onderhoudsschema worden voorgeschreven wanneer u uw voertuig uit de stalling haalt. Als u uw voertuig buiten stalt, overweeg dan het gebruik van een volledige voertuighoes. Volg deze richtlijnen als u van plan bent om gedu- rende een langere periode niet te rijden: Was uw voertuig en zet alle gelakte ●...
Pagina 105
Uw voertuig vervoeren Uw voertuig vervoeren Als uw voertuig moet worden vervoerd, dient dit te geschieden op een motorfietsaanhanger of een dieplader of aanhanger met een laadvloer of hefplatform en motorfietsbevestigingsriemen. Probeer nooit uw voertuig met één of beide wielen op de grond te slepen.
Pagina 106
U en het milieu U en het milieu Bied gebruikte vloeistoffen aan voor recycling Het bezit van en rijden met een voertuig kan Deponeer olie en ander giftig afval in aangenaam zijn, maar u moet een bijdrage leveren goedgekeurde containers en breng ze naar een aan de bescherming van het milieu.
Pagina 107
Serienummers Serienummers Framenummer De serienummers op het frame en de motor identificeren uw voertuig en zijn vereist om uw voertuig te registreren. Ze kunnen ook vereist zijn bij het bestellen van vervangingsonderdelen. U moet deze nummers noteren en op een veilige plaats bewaren.
Pagina 108
Alcoholhoudende brandstoffen Alcoholhoudende Het gebruik van benzine met meer dan 10% ethanol kan: brandstoffen De lak van de brandstoftank beschadigen. ● De rubberen slangen van de brandstofleiding ● Sommige traditionele brandstoffen gemengd met beschadigen. alcohol zijn verkrijgbaar in sommige landen om Roestvorming in de brandstoftank veroorzaken.
Pagina 109
Een defecte katalysator draagt bij aan luchtveront- reiniging en kan de prestatie van de motor nadelig beïnvloeden. Voor vervanging moet een origineel Honda-onderdeel of gelijkwaardig onderdeel wor- den gebruikt.
Pagina 110
Specificaties Voornaamste onderdelen ■ Cilinderinhoud 123,94 cm Totale lengte 2.020 mm Boring x slag 50,000 x 63,121 mm Totale breedte 751 mm Compressiever- 10,0 : 1 houding Totale hoogte 1.103 mm Loodvrije benzine Wielbasis 1.285 mm Brandstof Aanbevolen: 91 RON of hoger Minimale bodemspeling 160 mm Alcoholhoudende...
Pagina 111
Aanbevolen band motoroliefilter Achter MAXXIS M904 1,0 L Na demontage Standaard Toegestaan Aanbevolen Speciaal Niet toegestaan Honda DOT 3- of DOT 4-remvloeistof Gebruikscategorie remvloeistof band Sneeuw Niet toegestaan Aanbevolen Smeermiddel voor aandrijfketting speciaal Bromfiets Niet toegestaan smeermiddel ontworpen voor O-ringkettingen. Indien niet...