Installatie installeren
Algemeen
Leidingen moeten volgens de geldende normen en richtlijnen
worden aangesloten.
MINIMALE SYSTEEMDEBIETEN
Voorzichtig!
Een te klein klimaatsysteem kan resulteren in be-
schadiging van het product en kan leiden tot sto-
ringen.
Ieder klimaatsysteem moet afzonderlijk worden afgestemd
op het leveren van de aanbevolen systeemdebieten.
De installatie moet worden afgestemd op het leveren van
ten minste het minimale ontdooidebiet bij een werking van
de circulatiepomp op 100%.
Lucht/water-
Minimale de-
warmtepomp
biet tijdens
ontdooien
Werking circu-
latiepomp op
100% (l/s)
AMS 10-12/
0,29
HBS 05-12
AMS 10-16/
0,39
HBS 05-16
Lucht/water-
Minimale de-
warmtepomp
biet tijdens
ontdooien
Werking circu-
latiepomp op
100% (l/s)
AMS 20-
6/HBS 20-6
0,19
AMS 20-
10/HBS 20-10
Lucht/water-
Minimale de-
warmtepomp
biet tijdens
ontdooien
Werking circu-
latiepomp op
100% (l/s)
F2040-12
0,29
Lucht/water-
Minimale de-
warmtepomp
biet tijdens
ontdooien
Werking circu-
latiepomp op
100% (l/s)
F2050-6
0,19
F2050-10
NIBE SMO 40
Minimaal aan-
Minimaal aan-
bevolen lei-
bevolen lei-
dingafmetin-
dingafmetin-
gen (DN)
gen (mm)
20
22
25
28
Minimaal aan-
Minimaal aan-
bevolen lei-
bevolen lei-
dingafmetin-
dingafmetin-
gen (DN)
gen (mm)
20
22
Minimaal aan-
Minimaal aan-
bevolen lei-
bevolen lei-
dingafmetin-
dingafmetin-
gen (DN)
gen (mm)
20
22
Minimaal aan-
Minimaal aan-
bevolen lei-
bevolen lei-
dingafmetin-
dingafmetin-
gen (DN)
gen (mm)
20
22
Lucht/water-
Minimale de-
warmtepomp
biet tijdens
ontdooien
Werking circu-
latiepomp op
100% (l/s)
F2120-16
0,38
(3x400 V)
F2120-20
0,48
(3x400 V)
Lucht/water-
Minimale de-
warmtepomp
biet tijdens
ontdooien
Werking circu-
latiepomp op
100% (l/s)
S2125-8
(1x230 V)
S2125-8
(3x400 V)
0,32
S2125-12
(1x230 V)
S2125-12
(3x400 V)
Hoofdstuk 4 | Installatie installeren
Minimaal aan-
Minimaal aan-
bevolen lei-
bevolen lei-
dingafmetin-
dingafmetin-
gen (DN)
gen (mm)
25
28
32
35
Minimaal aan-
Minimaal aan-
bevolen lei-
bevolen lei-
dingafmetin-
dingafmetin-
gen (DN)
gen (mm)
25
28
11