● Geen - In de uitvoeringsmodus wordt geen afbeelding van de printplaat op het scherm weergegeven.
In plaats daarvan wordt een lijst met de connectoren op de printplaat weergegeven, samen met de
bijbehorende gereedschappen. In plaats van de "Ga naar"-uitvoerfunctie te gebruiken, wordt de volgende
connector die moet worden geperst, gekozen door in de lijst te klikken. Deze optie kan nuttig zijn bij het
repareren van printplaten.
"Opmerkingen" - Dit is een algemene beschrijving van de printplaat die geperst moet worden. De revisie
wordt alleen ter referentie in dit bestand gebruikt.
"Connector slepen ingeschakeld/uitgeschakeld" - Zet deze knop op "Ingeschakeld" zodat de
gebruiker connectoren kan slepen en neerzetten in de onderdelenviewer om de x- en y-locatie op de
printplaat in te stellen. Om te voorkomen dat per ongeluk connectorlocaties worden gewijzigd, zet u de
knop op "Uitgeschakeld".
Tabblad Instellingen
"Dikte aansluiting" - Dit is de dikte van de aansluiting of "plaat" die de printplaat ondersteunt. Deze
waarde moet nauwkeurig worden gemeten om een nauwkeurige persen-op-hoogte-waarde te verkrijgen.
"Aansluiting-id" - Deze functie is bedoeld om te controleren of de juiste aansluiting (steunplaat) wordt
gebruikt met de printplaat. Het invoeren van tekst in dit veld verandert niets aan de persvolgorde, maar
kan nuttig zijn voor de traceerbaarheid en het identificeren van persvolgordes voor MES-systemen.
De verificatie van de aansluiting-id kan met behulp van de voorwaarde "Aansluiting-id verifiëren" uit de
voorwaardedatabase aan de persvolgorde worden toegevoegd. De eerste instelling van deze voorwaarde
moet worden uitgevoerd door een buitendienstmedewerker van TE.
"Opdrachtregel voor vervangen van connector" - Met dit selectievakje kunnen vervangende
connectoren worden geselecteerd tijdens een persbewerking. Zo kan bijvoorbeeld fabrikant "A" de
belangrijkste bron zijn voor een bepaalde connector, maar fabrikant "B" is ook goedgekeurd als
uitwisselbaar op deze printplaat. Als dit selectievakje is ingeschakeld, krijgt de operator tijdens de
persbewerking een aantal mogelijke alternatieve connectoren aangeboden. De selectie van deze
alternatieve connectoren zal het gereedschap en het profiel aansturen die zijn geselecteerd voor het
persen van die connector.
Het is dus mogelijk om een alternatieve connector te persen waarvoor een ander gereedschap en een
ander profiel nodig zijn dan voor de primaire connector. De alternatieve connectoren worden aan elkaar
gekoppeld met "vervangingscodes" die in de connectordatabase zijn gedefinieerd. De bijbehorende
connectoren worden afzonderlijk in de database ingevoerd, maar ze worden door een
gemeenschappelijke vervangingscode "gekoppeld". Zie de connector-editor voor informatie over
het invoeren van de vervangingscodes voor connectoren.
"Connectornaam als label gebruiken" - Wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt de naam van elke
connector (in de connectordatabase) weergegeven met het connectornummer op elke connector in de
printplaattekening die wordt uitgevoerd. Deze optie heeft voorrang op de optie "Connectorbericht als label
gebruiken".
"Connectorbericht als label gebruiken" - Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt de tekst die is
ingevoerd in het berichtveld voor elke connectorpositie, weergegeven met het volgordenummer op elke
connector in de printplaattekening die wordt uitgevoerd.
Revisie D1
409-35001
61 van 94