Hoofdstuk 5. Het Configuratiemenu gebruiken
5.4.3
Gebruikersconstanten invoeren
Door de gebruiker gedefinieerde constanten kunnen worden vervangen door Dauwpunt (°C), Temperatuur (°C) en
Druk (Pa) metingen in alle meterberekeningen. Bovendien kunt u alle gemeten PPMv-vochtwaarden
vermenigvuldigen met een specifieke constante (de standaard multiplicator is 1,000).
Op het scherm Configuratiemenu (zie Figuur 52 op pagina 55) drukt u op
gebruikersconstanten dat lijkt op Figuur 63 hieronder.
Als u de gebruikersconstanten wilt invoeren, gaat u als volgt te werk:
1.
Kanaal
Druk op
om het kanaal te kiezen waarop de constante moet worden toegepast.
2.
Druk op het tekstvak voor de Hygro,
meettype in. De gespecifieerde waarden worden dan als een constante multiplicator voor die meting bij alle
toekomstige meterberekeningen gebruikt.
BELANGRIJK:
Voordat de moisture.IQ de hierboven ingevoerde constanten kan gebruiken, moet de sonde van het
specifieke kanaal goed geconfigureerd zijn voor
"Het Sondeconfiguratie-scherm" op pagina 56.
3.
Indien gewenst, drukt u op het tekstvak
in te voeren. Er is geen speciale instelling van de sondeconfiguratie nodig voordat de constante multiplicator
gebruikt kan worden.
4.
Als u een Delta F-zuurstofcelsonde gebruikt en het achtergrondgas is geen stikstof dan moet u op alle metingen
een correctiefactor toepassen (zie "Correctiefactoren voor het achtergrondgas van de Delta F zuurstofcel" op
pagina 84). Hiervoor drukt u op het tekstvak
standaard waarde 1,00 in de gewenste waarde.
5.
Nadat alle constanten zijn ingevoerd, drukt u op
68
Figuur 63: Setup gebruikersconstanten-scherm
Temperatuur
en/of
k x ppmv
om een constante multiplicator voor alle PPMv vochtmetingen
O2 Achtergrondcorrectie
Terug
Constanten
Druk
waarden en voer de gewenste constante voor elk
Constante waarde (kH, kT of
en verandert u de multiplicator van de
om naar het Configuratiemenu terug te keren.
en u ziet het scherm Setup
kP), zoals beschreven in
moisture.IQ Handleiding