Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Een Installatielocatie; Algemene Richtlijnen Voor De Locatie; Laagspanningsrichtlijn - Baker Hughes Panametric moisture.IQ Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Hoofdstuk 1. Installatie en bedrading
1.4

Een installatielocatie

Toen u de meter in ontvangst nam, hebt u de omgevings- en installatiefactoren met een Panametrics technicus of
verkoper besproken. De geleverde apparatuur moet geschikt zijn voor uw toepassing en installatielocatie.
De moisture.IQ is verkrijgbaar voor tafel-, rack- of paneelbevestiging. Dit zijn de beste modellen voor de meeste
installaties binnen. Panametrics levert ook weers- en explosiebestendige behuizingen voor buiten en
explosiegevaarlijke omgevingen. Raadpleeg de tekeningen in de Certificatie- en Veiligheidsverklaringen aan het
einde van deze handleiding voor informatie over elke behuizing.
Voordat u de eenheid installeert, leest u onderstaande richtlijnen om na te gaan of u de beste locatie voor de
installatie hebt gekozen.
1.4.1

Algemene richtlijnen voor de locatie

Kies voor de sondes en de bemonsteringssystemen een installatielocatie die zich zo dicht mogelijk bij de
proceslijn bevindt. Vermijd lange verbindingsleidingen. Als een lange leiding toch niet te vermijden valt,
verdient een snelle omloopleiding voor bemonstering de aanbeveling. Installeer geen andere onderdelen,
zoals filters, vóór de sondes of het bemonsteringssysteem, tenzij Panametrics opgedragen heeft dat te doen.
Neem alle veiligheidsmaatregelen in acht. Zorg ervoor dat de maximale toegelaten druk- en
temperatuurwaarden van de sondes niet worden overschreden.
Hoewel toegang tot de moisture.IQ tijdens het normale gebruik niet nodig is, kiest u voor de elektronische
eenheid een locatie voor eenvoudige programmering, testen en onderhoud. Een controlekamer of
gereedschapsschuur zijn vaak gebruikte plaatsen.
Kies voor de elektronische eenheid een plaats waar geen hoge temperaturen, sterke stroompieken,
mechanische trillingen, een bijtende omgevingslucht of andere omstandigheden aanwezig zijn die de meter
zouden kunnen beschadigen of de werking ervan negatief zouden kunnen beïnvloeden. Zie Hoofdstuk 9.
"Specificaties" op pagina 93 voor de omgevingslimieten.
Bescherm de kabels tegen overmatige fysieke belasting (bijv. knikken, trekken, draaien, enz.).
Neem de vereisten/beperkingen met betrekking tot de kabels van de sondes in acht. U kunt de Moisture
Image-serie sondes op een afstand van maximaal 915 m van de elektronische eenheid installeren met een
niet-afgeschermde getwist getwijnde kabel. M-serie sondes kunnen op een afstand tot 600 m van de kast
worden geïnstalleerd, met behulp van een speciale, afgeschermde kabel.
1.4.2

Laagspanningsrichtlijn

Als de stroomschakelaar na de installatie nog steeds door de operator kan worden gebruikt, is een
verbrekingsmechanisme niet nodig. Maar als de installatie de toegang tot de stroomschakelaar blokkeert, moet
volgens de Laagspanningsrichtlijn (IEC 61010) een extern verbrekingsmechanisme worden voorzien, zoals een
schakelaar of stroomonderbreker. Dat verbrekingsmechanisme moet ook als dusdanig worden aangeduid, moet
goed zichtbaar en direct toegankelijk zijn, en zich binnen 1,8 meter van het toestel bevinden.
2
moisture.IQ Handleiding

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave