Een parameter wijzigen:
1. open het instelmenu.
2. Druk
op
de
ENTER-toets
parameterinstelling te openen.
3. Selecteer de menugroep met de ENTER-toets om
te kunnen wijzigen.
4. Voer het wachtwoord in.
5. Wijzig
de
instelwaarde
OMHOOG en OMLAAG en sla de waarde op
door op de ENTER-knop te drukken.
4.4.4.6
LOG-lijst
De logs zijn onderverdeeld in drie verschillende
lijsten:
– Gebeurtenissenlog: bevat tot 50 gebeurtenissen
– Alarmlog: bevat tot 30 historische alarmen
– Batterijtestlog:
om
de
batterijtests
Een gebeurtenis is bijv. het sluiten van een
onderbreker en het starten van de motor. Een alarm is
bijv.
een
te
koelwatertemperatuur. Een batterijtest is bijv. test OK
of test mislukt.
De LOG-lijst openen:
1. open het LOG-menu.
2. Selecteer de gewenste loglijst met de knoppen
OMHOOG en OMLAAG en selecteer met de
ENTER-knop.
3. Om door de lijst te bladeren, gebruikt u de
knoppen OMHOOG en OMLAAG.
met de
knoppen
bevat
tot
52
historische
hoge
stroom
of
te
hoge
- 57 -
1
Datum en tijd van de gebeurtenis
2
Verrichting
3
Gebeurtenisnummer