Inhoudsopgave
Advertenties
OLIEDRUK CONTROLELAMP
De oliedruk
controlelamp
brandt als de motor
stilstaat, of als
de
oliedruk te
laag is. De lamp
kan alleen branden als het contact,,aan"
staat.
De motor moet onmiddellijk worden
afgezet,
als de oliedruk controlelamp
brandt.
KOELWATERTEMPERATU
URM
ETE R
De bedrijfstemperatuur
van
het koelwater be-
hoort
tussen
75'
en
85'
C
te liggen;
beneden
50'
C de motor niet volledig
belasten.
Bij plotselinge temperatuurstijging stoppen
en
het volgende
controleren
:
Niveau
van het koelwater (vuldop
zeer
langzaam
losdraaien)
V-riemen en
waterslangen.
De
koelwatertemperatuurmeter
werkt
alleen
als het contact ,,aan"
staat.
CONTROLELAMP
VOOR
KOELWATERTEMPERATUUR
De
controlelamp brandt indien de
koelwater-
temperatuur boven
96' C
is. De
lamp
werkt
affeen
indien
het
contact ,,aan"
staat.
Indien de lamp gaat branden
is
de
koelwater-
temperatuurte
hoog. Motor
niet
afzetten, maar
onbelast stationair
laten
draaien,
tot de
tempe-
ratuur
weer normaal
is geworden.
BRAN DSTO FVOOR
RAADM
ETE R
De
brandstofuoorraadmeter
werkt
alleen
als
het contact ,,aarì"
staat.
Advertenties
Inhoudsopgave
