Figuur 3:
Aanzicht van een brandmeldinstallatie met een netwerk van brandmeldcentrales BCnet216
Het systeem bestaat uit:
•
•
•
•
•
•
•
In principe kunnen alle brandmelders en andere onderdelen die aangesloten worden op een enkele
brandmeldcentrale eveneens aangesloten worden op een van de netwerkbrandmeldcentrales. De bediening
van de netwerkbrandmeldcentrales is vrijwel identiek aan de bediening van een enkele brandmeldcentrale.
De netwerkbrandmeldcentrale kan worden bediend via een of meerdere displays en bediendelen van de
netwerkbrandmeldcentrales, ofwel via de neven bedieningspanelen of alleen delen van de
netwerkbrandmeldcentrales kunnen worden bediend via het display en bedienpaneel, afhankelijk van de
gestelde eisen. Bij veel van de mogelijkheden zal de gebruiker niet herkennen dat de brandmeldcentrale in
werkelijkheid bestaat uit meerdere onderdelen verspreid over een groot oppervlak.
Oktober 2010 | wijzigingen voorbehouden
Brandmeld-/ontruimingscentrale BC216
BC216-3
M
M
M
BC216-3
FW
M
M
M
Een brandmeldcentrale geconfigureerd als hoofd-brandmeldcentrale (A).
Meerdere brandmeldcentrales BC216-2 (met display en bedieningspaneel).
Meerdere brandmeldcentrales BC216-3 of Loop-GatewayBC216-3LG (zonder display en bedieningspaneel).
Automatische en handbrandmelders gecombineerd in brandmeldergroepen.
Akoestische en/of optische alarmgevers.
De doormelding gekoppeld aan een meldkamer.
Brandbeperkende installaties die zijn aangesloten aan één of meerdere sub brandmeldcentrales of via een
gateway interface. De installaties kunnen in principe aangesloten worden aan een willekeurige
brandmeldcentrale in het netwerk. De bediening is onafhankelijk van de brandmeldcentrale waaraan zij zijn
aangesloten. Via de instellingen van de brandmeldcentrales in het netwerk wordt bepaald op die
brandmeldcentrale op welke manier zij bediend kunnen worden.
BC216-2 (A)
FW
M
M
M
BC216-2
FW
M
M
M
BC216-2
FW
M
M
M
BC216-3
M
M
M
Pagina 9 van 72