Inhoudsopgave
Advertenties
Instellen op de machine
7.11 Steekbreedte instellen
• Naaldpositie
• Mespositie
Steekbreedte wijzigen door de naaldpositie
De steekbreedte kan afhankelijk van de naaldpositie met 2 mm variëren.
> Bevestig de linkernaald om een brede steek te naaien.
> Bevestig de rechternaald om een smalle steek te naaien.
Steekbreedte wijzigen door de mespositie
De steekbreedte kan variëren door de mespositie te verstellen. Met de cijfers op de mespositieknop wordt de
afstand in mm gedefinieerd tussen de linkeroverlocknaald (LN) en het mes. Met de rechteroverlocknaald
neemt de ingestelde waarde op de knop met 2 mm af.
> Stel de mespositieknop tussen 5 − 9 mm in om de steekbreedte aan te passen.
7.12 Steeklengte instellen
De instelling van de steeklengte komt overeen met de beweging van de transporteur in mm.
De gebruikelijke steeklengte voor overlocksteken is 2,5 mm, voor coversteken 3,5 mm en voor combosteken
is 3 mm. Steeklengtes van ca. 1 mm worden bijvoorbeeld gebruikt voor rolzomen, terwijl steeklengtes van
ca. 4 mm geschikt zijn voor rimpelen of voor het vastnaaien van elastiek. De steeklengte kan tijdens het
naaien traploos worden ingesteld op een waarde tussen 0,8 − 4,5 mm.
> Tik in het naaivenster op het symbool voor de steeklengte.
Om een «blinde bediening» mogelijk te maken wordt het instelgebied groter weergegeven terwijl de
machine loopt.
Optimale steeklengte instellen voor coversteken
Bij het verlagen van de steeklengte moet u met zo klein mogelijke stappen ten opzichte van de
basiswaarde te werk gaan.
Met een blauwe banderol wordt aangegeven dat de ingestelde waarde zich in een experimenteel bereik
bevindt. Zo heel af en toe worden steken overgeslagen of treedt er een storing bij het transport van de
stof op.
Als u de steekelasticiteit wilt verhogen kunt ook een kleiner differentieeltransport instellen.
86
Advertenties
Inhoudsopgave
