Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Instellen op de machine

7.6 Draadspanning instellen

De draadspanning heeft veel invloed op elke afzonderlijke draad en de vorming van de steken. De
draadspanning is voor elke steek vooraf ingesteld op een basiswaarde. Wijzig deze alleen als u een proeflapje
hebt gemaakt.
U kunt de draadspanning tijdens het naaien wijzigen.
> Zet de instelling van de draadspanning op een lagere waarde om de draadspanning te verlagen.
> Zet de instelling van de draadspanning op een hogere waarde om de draadspanning te verhogen.
Als u het steekbeeld wilt aanpassen, stelt u allereerst een lagere draadspanning in.
Voor het aanpassen van de draadspanning gebruikt u de instellingstoetsen «+»/«-», maar u kunt dit ook in
het steekbeeld wijzigen. (zie pagina 36)
> Door selectie van het gedeelte met de draadspanning kunt u de draadspanning voor elk afzonderlijk
> De schuifregelaar van elke afzonderlijke draadspanning kan op een waarde tussen 1 en 9 worden
78
inrijgschema aanpassen.
ingesteld.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave