Pompen BV serie
Perkins specificatie voor destillatiedieselbrandstof
Eigenschap
Bezinksel
Gommen en harsen
Slijtplekdiameter
gecorrigeerd voor
smerend vermogen bij
(7)
60 °C (140 °F).
(1)Deze specificatie is inclusief de vereisten voor diesel met een zeer laag zwavelgehalte (ULSD).
ULSD-brandstof heeft ? 15 ppm (0,0015%) zwavel. Raadpleeg de testmethoden "ASTM D5453",
"ASTM D2622" of "ISO 20846, ISO 20884". Deze specificatie is inclusief de vereisten voor diesel
met een laag zwavelgehalte (LSD). LSD-brandstof heeft ? 500 ppm (0,05%) zwavel. Raadpleeg de
volgende testmethoden "ASTM 5453, ASTM D2622", "ISO 20846" en "ISO 20884". Raadpleeg de
tabellen C en D.
(2)Een brandstof met een hoger cetaangetal wordt aanbevolen bij gebruik op grotere hoogte of bij koud
weer.
(3)"Uit normtabellen blijkt dat de API-graad die overeenkomt met de minimale dichtheid van 801 kg/m3
(kilogram per kubiek meter) 45 is, en dat de API-graad die overeenkomt met de maximale dichtheid
van 876 kg/m3 3o is".
(4)Lokale richtlijnen, nationale richtlijnen en internationale richtlijnen kunnen een bepaalde gren-
swaarde voor het zwavelgehalte van een brandstof eisen. Raadpleeg alle toepasselijke richtlijnen
alvorens een brandstof te selecteren voor een bepaalde toepassing van een motor. Perkins-brandstof-
systemen en -motoronderdelen kunnen worden gebruikt met brandstoffen met een hoog zwavelge-
halte in gebieden waar de emissienormen niet gelden. Het zwavelgehalte van de brandstof is van
invloed op de uitlaatgassen. Een hoog zwavelgehalte verhoogt tevens de mogelijke corrosie van
inwendige onderdelen. Als het zwavelgehalte van de brandstof hoger is dan 0,5%, kan het oliever-
versingsinterval aanzienlijk korter worden. Voor meer informatie, raadpleegt u de handleiding "Aan-
bevolen vloeistoffen (Algemene informatie over smeermiddelen)".
(5) De waarden van de viscositeit van de brandstof zijn de waarden zoals de brandstof wordt geleverd
aan de brandstofinspuitpompen. De brandstof moet voldoen aan de minimumeisen voor viscositeit en
de brandstof moet ook voldoen aan de maximumeisen voor de viscositeit bij 40 °C (104 °F) van de
testmethode "ASTM D445" of de testmethode "ISO 3104". Als een brandstof met een lage viscositeit
wordt gebruikt, kan het noodzakelijk zijn de brandstof te koelen om een viscositeit van 1.4 cSt of
hoger te handhaven aan de brandstofinspuitpomp. Een brandstof met een hoge viscositeit kan een
brandstofverwarmer nodig hebben om de viscositeit te verlagen naar 4.5 cSt aan de brandstofinspuit-
pomp.
(6)Gebruik de testvoorwaarden en -procedures voor benzine (motor).
(7)Het smerend vermogen van een brandstof is een probleem bij brandstof met een laag zwavelgehalte
en brandstof met een zeer laag zwavelgehalte. Om het smerend vermogen van een brandstof te bep-
alen, gebruikt u de test "ISO 12156-1 of ASTM D6079 met een op hoge frequentie heen-en-weer
gaand proefstuk (HFRR)". Als het smerend vermogen van een brandstof niet voldoet aan de mini-
Pompunit met dieselmotor aandrijving
8.25
Eenheid
Vereisten
% gewicht
Maximaal 0,05%
(6)
mg/100 ml Maximaal 10 mg per 100 ml
mm
Maximaal 0,46
(1)
Table 2:
"ASTM"-test
"ISO"-test
D473
"ISO" 3735
D381
"ISO" 6246
D6079
"ISO" 12156-1
1401