VDH Products BV
2.1.1
Sleutelschakelaar
De sleutelschakelaar, rechts boven op het front van de PROBA110, heeft drie standen:
2.1.2
Uitlezen klok, sensoren en setpoints
Document 961330 - versie 3.7
OFF
De PROBA110 is uitgeschakeld. Het display en de LED's zijn gedoofd, er
wordt niets geregeld. De PROBA110 reageert niet op het drukken op de
toetsen.
ON
De PROBA110 is ingeschakeld. De regeling is actief mits er een rijppro-
gramma wordt afgewerkt. De gemiddelde temperatuur van de temperatuur-
sensoren waarop geregeld wordt, wordt in het bovenste display getoond, het
setpoint in het onderste display. De LED's vertonen de bedrijfstoestand van
de PROBA110. De waarden van de afzonderlijke sensoren en regelparame-
ters kunnen op het display bekeken worden.
PE (Programming Enabled; programmeren toegestaan)
De PROBA110 heeft dezelfde werking als wanneer de sleutel in de ON-
stand staat. Alleen kan de gebruiker de rijpprogramma's nu programmeren,
starten, stoppen of wijzigen.
In de normale bedrijfssituatie bevindt de sleutelschakelaar zich in de ON-
stand en is de sleutel verwijderd. Instellingen en de temperaturen van de
verschillende sensoren kunnen worden bekeken, maar het is nu niet
mogelijk instellingen (per ongeluk) te veranderen. Er kan geen rijpprogram-
ma gestart of beëindigd worden.
Voor het programmeren van de PROBA110 is het noodzakelijk dat de
sleutelschakelaar naar de PE-stand wordt gedraaid.
Wanneer de rijpkamer buiten gebruik is, kan de PROBA110 worden uitge-
schakeld door de sleutelschakelaar naar de OFF-stand te draaien. Geduren-
de 15 seconde piept de PROBA110, voordat de PROBA110 wordt uitge-
schakeld en de displays doven. Dit om te verhinderen dat een rijpprogram-
ma direct wordt afgebroken, als per ongeluk naar OFF wordt geschakeld.
Men heeft dan de tijd om weer naar ON of PE te schakelen.
Let op:
Om te verhinderen dat onbevoegden een instelling kunnen veranderen, is
het raadzaam om na het programmeren of wijzigen de sleutelschakelaar
naar ON te draaien en de sleutel uit de schakelaar te nemen.
In de ON-stand van de sleutelschakelaar kunnen de programma klok,
sensoren en setpoints worden uitgelezen.
Druk op de TEMP/VENT-toets. De LED boven de TEMP/VENT-toets
knippert ten teken dat deze functie actief is.
In het bovenste display verschijnt het temperatuursetpoint van de dag die in
het onderste display wordt aangegeven.
Door middel van de OMHOOG- en OMLAAG-toetsen kunnen de setpoints
van de verschillende dagen worden uitgelezen.
Na nogmaals op de TEMP/VENT-toets te hebben gedrukt, wordt de gemid-
delde waarde weer in het display getoond.
Blad:
8 van 74