Toegang tot het Windows printerstuurprogramma
Configuratie van het stuurprogramma: kies één van de volgende
manieren om toegang te krijgen tot het stuurprogramma:
Besturingssysteem
Windows 9x
Windows NT 4.0
Windows 3.1x en
Windows NT 3.51
Let op
Instellingen in het printerstuurprogramma en uw toepassings-
programma hebben voorrang op de bedieningspaneel-instellingen,
waarbij de instellingen in het toepassingsprogramma het
printerstuurprogramma-instellingen onderdrukken.
DU
Verander tijdelijk de
instellingen (in een
toepassingsprogramma)
Klik vanuit het Bestand-menu,
op Afdrukken, en klik dan
op Eigenschappen. (De
daadwerkelijke stappen kunnen
variëren; dit is de meest gebruikte
methode.)
Klik vanuit het Bestand-menu,
op Afdrukken, en klik dan
op Eigenschappen. (De
daadwerkelijke stappen kunnen
variëren; dit is de meest gebruikte
methode.)
Klik vanuit het Bestand-menu op
Afdrukken, dan Printers, en klik
vervolgens op Opties. (De
daadwerkelijke stappen kunnen
variëren; dit is de meest gebruikte
methode.)
Hoofdstuk 1: Basisinformatie over uw printer 23
Standaardinstellingen
veranderen (in alle
toepassingsprogramma's)
Klik op de Start knop, ga
naar Instellingen en klik dan
op Printers. Klik met de
rechter muisknop op het
printerpictogram en kies
Eigenschappen.
Klik op de knop Start, wijs
Instellingen aan en klik op
Printers. Klik met de rechter
muisknop op het printerpictogram
en kies Standaardwaarden
document of Eigenschappen.
Dubbelklik vanuit het Windows
bedieningspaneel op Printers,
selecteer de printer en klik op
Instellingen.