6.2 Besturingsregeling
De remeha W60 ECO reminox is voorzien van een voor-
uitstrevende toestelbesturingsregeling, die is opgebouwd
uit o.a.:
a. besturingsautomaat met microprocessor
b. bedieningspaneel met insteltoetsen en uitleesven-
sters.
D.m.v. de insteltoetsen en de uitleesvensters kunnen di-
verse waarden ingesteld en uitgelezen worden.
De instel- en uitleesmogelijkheden zijn verdeeld in ver-
schillende niveau's:
- gebruikersniveau
- vrij toegankelijk
- serviceniveau
- met servicecode toegankelijk
- fabrieksniveau
- niet toegankelijk.
Het bedieningspaneel is opgebouwd uit de volgende
komponenten (zie afb. 3):
a. 'code'-venster
gebruikersniveau:
weergave van:
- bedrijfsmode 1 cijfer
- instelmode
- uitleesmode
serviceniveau:
extra weergave:
- toerentalmode
- storingsmode 1 cijfer knippert
b. '
'-venster
weergave van:
- temperaturen
- instellingen
- storingen: cijfers knipperen
c. 'reset'-toets:
- herstel-/ontgrendeltoets
d. 'mode'-toets:
- keuzetoets voor de
e. 'step'-toets:
- keuzetoets voor het gewenste
f. 'store'-toets:
- opslagtoets voor ingestelde
gegevens
g. 'Æ'-toets:
- verhogen van de instelling
h. ' '-toets:
- verlagen van de instelling
i. hoofdschakelaar
- aan/uitschakelen van het
1. cijfer met
kontinu bran-
dende stip
1. cijfer met knip-
perende stip
halve cijfers
gewenste mode
programma binnen een geko-
zen mode
toestel.
6.2.1 Bedrijfsmode
Tijdens het bedrijf geeft het 'code'-venster de status
(bedrijfsverloop) van het toestel weer terwijl het tempe-
ratuurvenster de gemeten aanvoerwatertemperatuur
aangeeft.
De betekenissen van de cijfers van het 'code'-venster
zijn:
0 Standby; er is geen warmtevraag van de kamerther-
mostaat, externe regeling of boiler.
1 Voor- of naventileren; voor het starten van het toes-
tel wordt er gedurende 15 sekonden voorgeventi-
leerd. Na einde warmtevraag blijft de ventilator nog 5
sekonden doordraaien.
2 Ontsteken; gedurende 3 sekonden is de ontsteking
aktief en de gasklep geopend.
3 C.v.-bedrijf; het toestel brandt voor de c.v.
4 Boiler-bedrijf; het toestel brandt voor de warmwater-
voorziening. De driewegklep van de boiler is be-
krachtigd.
5 Wachtstand; de ventilator gaat draaien en het toestel
wacht op voldoende luchttransport of op het
omlopen van de driewegklep van de boiler.
7 Nadraaien pomp c.v.; na het branden blijft de pomp
nog 15 minuten doordraaien (indien geen pompin-
stelling 'kontinu' is gekozen).
8 Nadraaien pomp over de boiler; na het branden blijft
gedurende 5 minuten de driewegklep bekrachtigd en
loopt de pomp door.
9 Regelstop; de ingestelde aanvoertemperatuur is met
meer dan 5°C overschreden, de ketel is uitgescha-
keld en wacht tot het water in temperatuur gedaald
is, waarna een herstart volgt.
a
b
d
e
Afb. 3 Bedieningspaneel
7
c
f
g
h
i