Identificatie van componenten
Geavanceerde weergavemodule (ADM)
Voor- en achteraanzicht
BA
BH
BG
BJ
A
. 3: Identificatie van de componenten van de ADM
FB
Verklaring:
BA Pomp inschakelen
Schakelt de pomp in. Schakelt tussen Actief en
Systeem uit.
BB Statusindicatielampje pomp
BC Zachte stop van de pomp
Stopt alle pompprocessen en schakelt de
pomp uit.
BD Soft keys
Gedefinieerd door het pictogram op het scherm
naast de soft key.
BE Annuleren
Annuleer een selectie of een cijferinvoer op
het moment dat een cijfer wordt ingevoerd
of een selectie wordt gemaakt. Annuleert
de pompprocessen.
BF Enter
Wijziging accepteren, fout bevestigen,
optie selecteren, en tussen geselecteerde
opties schakelen.
14
BB
BC
BD
BE
BF
BP
BG Vergrendeling/Configuratie
BH Richtingstoetsenbord
BJ Numeriek toetsenbord
BK Identificatielabel met artikelnummer
BL USB Interface
BM CAN-kabelaansluiting
BN Statusled's van de module
BP Toegangsdeksel van token
BR Klepje batterijvak
BR
Wisselen tussen werkings- en instellingsschermen.
Navigeren in een scherm of naar een nieuw scherm.
Stroomtoevoer en communicatie.
Visuele indicatoren om de status van de ADM
aan te geven.
Toegangsdeksel voor softwaretoken.
BK
BL
BM
BN
3A9389K