Opheffen van storingen
Elektrische problemen verhelpen
Probleem
Nog steeds spanning op pistool na
het volgen van de
Procedure voor
het ontladen van vloeistofspanning
en aarding, page
30.
Slechte dekking.
De ES- of Hz-indicator licht niet op.
48
Oorzaak
De ES aan-/uitschakelaar staat niet
in de UIT-stand (O).
Niet lang genoeg gewacht om de
spanning te laten ontladen.
Luchtbel in de vloeistofleiding
isoleert vloeistof vlakbij het pistool.
Systeem voor elektrische isolatie
heeft niet gewerkt.
Aardingscilinder werkt niet.
De ES aan-/uitschakelaar staat op
UIT (O).
De luchtdruk in het pistool is te laag.
(De ES-indicator is oranje.)
De luchtdruk voor de verneveling te
hoog.
Vloeistofdruk te hoog.
Onjuiste afstand tussen pistool en te
spuiten object.
Slecht geaarde onderdelen.
Defecte pistoolweerstand.
Er lekt vloeistof uit de pakking (2c),
waardoor kortsluiting ontstaat.
Dynamo defect.
ES HI/LO-schakelaar staat op LO
(alleen intelligente pistolen)
Gemorste verf, opgedroogde verf
of andere verontreinigingen in de
WB100-behuizing, die kortsluiting
veroorzaken.
De ES aan-/uitschakelaar staat op
UIT (O).
Geen stroom.
Oplossing
Draai deze in de UIT-stand (O).
Wacht langer voordat u de elektrode
aanraakt met de aardingsstang.
Controleer de ontlaadweerstand op
defecten.
Stel de oorzaak vast en herstel
deze. Verwijder de lucht uit de
vloeistofleiding.
Repareer het systeem voor
elektrische isolatie.
Zie
Cilinderweerstand testen, page
Vervang ze, indien nodig.
Zet hem op AAN (I).
Controleer de luchtdruk naar het
pistool; om de maximale spanning te
bereiken, is minimaal 0,32 MPa (3,2
bar, 45 psi) op het pistool vereist.
Verminder de luchtdruk.
Verminder de luchtdruk.
Moet 200-300 mm zijn (8-12 inch).
De weerstand moet 1 megohm of
minder zijn. Reinig de ophanghaken
voor de werkstukken.
Zie
De pistoolweerstand testen, page
Reinig de holte van de pakkingstang
of vervang de pakkingstang. Zie
De pakkingstang repareren, page
Zie
De dynamo verwijderen en
vervangen, page
60.
Controleer de werking van de
schakelaar; vervang indien nodig.
Reinig de binnenkant van de
behuizing.
Zet hem op AAN (I).
Controleer voeding, dynamo,
en de lintkabel van de dynamo.
Zie
De voeding verwijderen en
vervangen, page
59.
42.
39.
57.
332411F