Luchttoevoerleiding
1. Zie Afb. 19. Installeer een
luchtleidingfilter/waterscheider (M) in de
hoofdluchttoevoerleiding om ervoor te zorgen
dat er schone, droge lucht naar het pistool wordt
geleid. Vocht en vuil kan het uiterlijk van het
gespoten werkstuk bederven en kan storingen
veroorzaken in de werking van het pistool.
2. Het WB100-systeem heeft een zelfontlastend
luchtventiel (N) op de luchttoevoerleiding (P) van
het pistool om de luchtdruk van het pistool te
regelen.
Om het risico op elektrische schokken of
ander ernstig letsel te verminderen, moet u de
rode, elektrisch geleidende Graco-luchtslang
gebruiken voor de pistoolluchttoevoer en moet
u de aardedraad van de slang aansluiten op
een goed aardpunt. Gebruik geen zwarte of
grijze Graco-luchtslangen.
3. Gebruik de rode, elektrisch geleidende
Graco-luchtslang (P) tussen de
pistoolluchtregelaar (N) en de luchtinlaat
van het pistool. De luchtinlaatfitting van
het pistool is voorzien van linksdraaiend
schroefdraad. Sluit de aarddraad (Q) van de
luchttoevoerslang aan op een goed aardingspunt.
332411F
Opgesloten lucht kan de vloeistoftoevoereen-
heid onverwachts in werking zetten. Dit kan
ernstig letsel tot gevolg hebben, zoals het
spatten van vloeistof in de ogen of op de huid.
Gebruik de apparatuur niet zonder dat er een
zelfontlastend luchtventiel (B) is geïnstalleerd.
4. Het WB100-systeem heeft een zelfontlastend
luchtventiel (B). Het zelfontlastende luchtventiel
is noodzakelijk om alle lucht naar het systeem
af te sluiten en opgesloten lucht tussen het
ventiel en de vloeistoftoevoereenheid te laten
ontsnappen nadat de luchtregelaar is afgesloten.
Sluit de hoofdluchttoevoerleiding (A) aan op het
zelfontlastende ventiel.
5. Installeer nog een zelfontlastend luchtventiel
(CC) stroomopwaarts van het luchtfilter (M) om
het filter te isoleren voor servicewerkzaamheden.
De behuizing aarden
Sluit de hoofdaardingsdraad (V) aan op een goed
aardpunt.
Installatie
17