Interlockschakelaar van de
parkeerrem afstellen
1.
Schakel de motor uit en verwijder het
contactsleuteltje uit het contact.
Opmerking:
Stel de parkeerrem niet in
werking.
2.
Verwijder de knop van de parkeerremstang en
de schroeven van de kap van de stuurkolom
(Figuur
73).
Figuur 73
1. Kap van de stuurkolom
2. Parkeerremknop/-stang
3.
Schuif de kap omhoog langs de stuurkolom
zodat de schakelaar van de parkeerrem
zichtbaar wordt
(Figuur
4.
Maak de schroeven en moeren los waarmee de
parkeerremschakelaar is gemonteerd aan de
linkerkant van de stuurkolom
5.
Houd de peddel van de parkeerremstang recht
voor de plunjer van de schakelaar
g035079
3. Bevestigingsschroeven
van schakelaar
4. Bevestigingsschroeven
van kap
74).
(Figuur
73).
Figuur
74).
1. Interlockschakelaar van
de parkeerrem
6.
Duw de parkeerremstang omlaag en zet de
schakelaar omhoog totdat de lengte van de
samengedrukte plunjer van de schakelaar
0,7 mm is; zie
Opmerking:
van de parkeerremstang en de behuizing van de
plunjer van de schakelaar.
7.
Draai de montageschroeven en moeren van de
schakelaar vast.
8.
Stel de parkeerrem in werking en meet met een
multimeter via de schakelaar of er stroom op het
elektrische circuit staat. Als de schakelaar juist
gemonteerd is, moet er stroom op de schakelaar
staan.
Opmerking:
schakelaar iets omlaag totdat er stroom op het
elektrische circuit van de schakelaar staat.
9.
Controleer de werking van de parkeerremscha-
kelaar:
A.
Stel de parkeerrem in werking.
B.
Druk op het tractiepedaal met draaiende
motor en de aftakasschakelaar U
parkeerremschakelaar functioneert juist
indien de motor binnen 2 seconden stopt.
Belangrijk:
functioneert het veiligheidssysteem
niet juist. In dat geval moet u het
veiligheidssysteem repareren voordat u
de machine gebruikt.
10.
Monteer de kap van de stuurkolom en de knop
van de parkeerremstang.
64
Figuur 74
2. Peddel (parkeerremstang)
Figuur
74.
Dit is de afstand tussen de peddel
Als dit niet het geval is, zet u de
Als de motor niet stopt,
g001239
; de
IT