Figuur 16. Geheugenkaarten installeren
__ 12. Als u klaar bent met het vervangen van de geheugenkaart, schuift u de kaartenbank in de
systeemeenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de
kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden.
__ 13. Plaats de klep terug op de systeemeenheid.
__ 14. "Panelen installeren" op pagina 42.
__ 15. Volg de instructies in "De procedure voltooien" op pagina 44.
Geheugenlocatie
Afhankelijk van het type systeemprocessor dat u hebt, kan het geheugen zich samen met de processor op
de achterplaat, in de processorkaartenbank of in een aparte kaartenbank (voorziening 2884) bevinden.
__ 1. Is uw systeemeenheid een iSeries 825?
__
Nee: Ga verder met de volgende stap.
__
Ja: Ga naar "Geheugen toevoegen aan de iSeries 825 processorkaartenbank" op pagina 39.
__ 2. Heeft uw systeemeenheid een klep ( A ) zoals in Figuur 17 op pagina 21?
__
Ja: Ga verder met de volgende stap.
__
Nee: Het geheugen bevindt zich samen met de processor op de achterplaat van de 270, de
800 of de 810. Ga verder met "Geheugen toevoegen op de achterplaat" op pagina 36.
20
30xx Geheugenkaart V5R3
Video bekijken.