Pagina 4
Lees eerst “Kennisgevingen”, op pagina 55. Vierde uitgave (augustus 2005) Deze uitgave is van toepassing op versie 5, release 3, modificatie 0 van IBM Operating System/400 (product- nummer 5722–SS1) en op alle volgende releases en modificaties totdat in nieuwe uitgaven anders wordt aangege- ven.
Houd er rekening mee dat het extra tijd kost om uw taken te voltooien en een backup te maken van uw systeem. U kunt deze taken zelf uitvoeren of u kunt contact opnemen met IBM(R) of met een geautoriseerde serviceprovider om deze taken tegen een vergoeding te laten uitvoeren. Als zich tijdens het uitvoeren van een taak problemen voordoen kunt u contact opnemen met uw geautoriseerde dealer of met uw serviceprovider.
Kies All Documents. b. Kies General Information. c. Kies Offerings. d. Kies Feature Prerequisites. e. Kies Customer Installation Features Prerequisites. f. Zoek de featurecode en de OS/400-release op en controleer de vereisten. Als u een geheugenkaart wilt vervangen, kiest u de instructies voor de taak die u wilt uitvoeren: v “De 2884-kaartenbank vervangen”...
Pagina 9
Figuur 1. Locatie van de 2884-kaartenbank in systeemeenheid 270, 800 en 810 __ 3. Verwijder de te vervangen 2884-kaartenbank als volgt: __ a. Maak de twee klemmen op de 2884 los totdat de kaartenbank “los” komt. Raadpleeg Figuur 1 C . __ b.
Pagina 10
Figuur 2. Geheugenlocaties op kaartenbank __ 6. Verwijder eerst als volgt de geheugenkaart uit de kaartenbank: __ a. Druk de klemmen A die zich op de uiteinden van de geheugenbevinden Figuur 3 op pagina 5 naar buiten. __ b. Verwijder de geheugenkaart uit de aansluiting. Waarschuwing: Geheugenkaarten zijn erg kwetsbaar.
Pagina 11
Figuur 3. Geheugen verwijderen uit de processorkaartenbank __ 7. Installeer de geheugenkaart als volgt in dezelfde positie van de nieuwe 2884-kaartenbank: __ a. Let goed op de uitsparingen aan de onderkant van de geheugenkaart. De afstand tussen de uitsparingen en de onderkant van de geheugenkaart verschilt iets. __ b.
Pagina 12
Figuur 4. Geheugenkaarten installeren __ 8. Herhaal deze stappen om alle overige geheugenkaarten over te brenghen naar nieuwe kaarten- bank. __ 9. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid ( B in Figuur 18 op pagina 22).
Pagina 13
Figuur 5. Locatie van de kaartenbank in een 820-systeemeenheid __ 14. Verwijder de te vervangen kaartenbank als volgt: __ a. Maak de twee klemmen op de 2884 los totdat de kaartenbank “los” komt. __ b. Haal de kaartenbank uit de systeemeenheid door deze aan beide klemmen naar voren te trekken.
Pagina 14
Figuur 6. Geheugenlocaties op kaartenbank __ 18. v Figuur 23 op pagina 27 geeft de locaties van de geheugenkaarten weer op de kaartenbank van het hoofdgeheugen. __ 19. Verwijder eerst als volgt de geheugenkaart uit de kaartenbank: __ a. Druk de klemmen A die zich op de uiteinden van de geheugenbevinden Figuur 7 op pagina 9 naar buiten.
Pagina 15
Figuur 7. Geheugen verwijderen uit de processorkaartenbank __ 20. Installeer de geheugenkaart als volgt in dezelfde positie van de nieuwe 2884-kaartenbank: __ a. Let goed op de uitsparingen aan de onderkant van de geheugenkaart. De afstand tussen de uitsparingen en de onderkant van de geheugenkaart verschilt iets. __ b.
Figuur 8. Geheugenkaarten installeren __ 21. Herhaal deze stappen om alle overige geheugenkaarten over te brenghen naar nieuwe kaarten- bank. __ 22. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid ( C ).
Pagina 17
Opmerking: Tref dezelfde voorzorgsmaatregelen als wanneer u zonder de polsband zou werken. Met de 2209 Disposable Wrist Strap (wegwerppolsband) kunt u statische elektriciteit beperken. Het risico van een elektrische schok blijft echter altijd aanwezig bij het omgaan met elektrische apparatuur, ook met de polsband. __ 5.
Figuur 10. Geheugenkaarten installeren __ 10. Als u de geheugenkaart hebt vervangen, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeemeenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden. __ 11.
Pagina 19
__ 5. Zoek de te vervangen geheugenkaart. Figuur 11 geeft de locaties van de geheugenkaarten weer op de kaartenbank voor het hoofdgeheugen. Figuur 11. Geheugenlocaties op kaartenbank __ 6. Verwijder de geheugenkaart als volgt: __ a. Druk de klemmen A die zich op de uiteinden van de kaart bevinden Figuur 12 op pagina 14 naar buiten.
Figuur 12. Geheugenkaarten installeren __ 10. Als u de geheugenkaart hebt vervangen, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeemeenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden. __ 11.
Pagina 21
__ 5. Zoek de te vervangen geheugenkaart. In Figuur 13 en Figuur 14 op pagina 16 ziet u de geheugen- kaartaansluitingen op de processor A in de systeemeenheid. Figuur 13. Aansluitingen van de geheugenkaarten Afbeelding 1 Geheugen...
Figuur 14. Aansluitingen van de geheugenkaarten Afbeelding 2 __ 6. Verwijder de geheugenkaart als volgt: __ a. Druk de klemmen die zich op de uiteinden van de kaart bevinden Figuur 13 op pagina 15 naar buiten. __ b. Verwijder de kaart uit de aansluiting. __ 7.
Pagina 23
__ 4. Gebruik de polsband indien mogelijk om elektrostatische ontladingen te voorkomen die de apparatuur kunnen beschadigen. Als u geen polsband hebt, raakt u een metalen oppervlak van het systeem of de uitbreidingseenheid aan voordat u hardware installeert of vervangt. Als u een 2209 Disposable Wrist Strap hebt ontvangen, doet u het volgende: __ a.
Pagina 24
__ a. Maak de twee klemmen los totdat de kaartenbank “los” komt. __ b. Haal de kaartenbank uit de systeemeenheid door deze aan beide klemmen naar voren te trekken. __ c. Leg de kaartenbank op de antistatische beschermhoes. __ 7. Zoek de te vervangen geheugenkaart. Figuur 15 op pagina 19 geeft de locaties van de geheugen- kaarten weer op de kaartenbank van het hoofdgeheugen.
Pagina 25
Figuur 15. Geheugenlocaties op kaartenbank __ 8. Verwijder de geheugenkaart als volgt: __ a. Druk de klemmen A die zich op de uiteinden van de kaart bevinden Figuur 16 op pagina 20 naar buiten. __ b. Verwijder de kaart uit de aansluiting. __ 9.
Figuur 16. Geheugenkaarten installeren __ 12. Als u klaar bent met het vervangen van de geheugenkaart, schuift u de kaartenbank in de systeemeenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden. Video bekijken.
Pagina 27
Figuur 17. Locatie van de klep __ 3. Verwijder de klep. __ 4. Hebt u een 2884-kaartenbank ontvangen? Ja: Ga verder met de volgende stap. Nee: Heeft u al een 2884-kaartenbank? Ja: Ga naar “Geheugen toevoegen aan de 2884-kaartenbank” op pagina 32. Nee: Ga naar “Geheugen toevoegen aan de processorkaartenbank”...
Pagina 28
Figuur 18. Locatie van kaartenbanken in systeemeenheid 270, 800 of 810 __ 7. Verwijder de lege kaartenbank B als volgt: __ a. Maak de twee klemmen op de 2884 los totdat de kaartenbank “los” komt. Raadpleeg Figuur 18 C . __ b.
Pagina 29
v Installeer het geheugen in sets van vier. Voorbeeld: u kunt niet eerst alleen posities E en G vul- len en later de posities F en H vullen. U moet allee vier de geheugenkaarten tegelijk installeren. v Paren van geheugenkaarten moeten 128 MB, 256 MB, 512 MB of 1 GB zijn. Paren die worden geïnstalleerd in E en G moeten overeenkomen met paren geïnstalleerd in F en H.
Pagina 30
Figuur 20. Geheugen verwijderen uit de processorkaartenbank __ 11. Verwijder de processorkaartenbank A als volgt: __ a. Maak de twee klemmen los totdat de kaartenbank “los” komt. __ b. Haal de kaartenbank uit de systeemeenheid door deze aan beide klemmen naar voren te trekken.
Pagina 31
Figuur 21. Geheugenkaarten installeren __ 13. Verwijder en installeer de overige geheugenkaarten. __ 14. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid ( B in Figuur 18 op pagina 22). Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden.
Pagina 32
Figuur 22. Locatie van de kaartenbank in een 820-systeemeenheid Ja: Ga verder met de volgende stap. Nee: Ga naar stap 33 op pagina 28. __ 20. Figuur 22 geeft de locatie aan van de 2884-kaartenbanken B , C en de processorkaart A in model 820.
Pagina 33
Figuur 23. Geheugenlocaties op kaartenbank __ 24. Verwijder als volgt de opvulkaarten uit de posities waarin u de geheugenkaarten gaat installeren: __ a. Druk de klemmen, die zich op de uiteinden van de opvulkaart bevinden, naar buiten. __ b. Neem de opvulkaart uit de insteekpositie en leg deze terzijde. __ 25.
Pagina 34
Figuur 24. Geheugenkaarten installeren __ 28. Installeer de overgebleven geheugenkaarten. __ 29. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid ( C ). Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden.
Pagina 35
Figuur 25. Locatie van de kaartenbank in een 820-systeemeenheid __ 35. Zoek de nieuwe 2884-kaartenbank. __ 36. Lees het volgende voordat u de witte opvulkaarten verwijdert en het geheugen installeert in de kaartenbank: v Figuur 26 op pagina 30 geeft de locaties van de geheugenkaarten weer op de kaartenbank van het hoofdgeheugen.
Pagina 36
Figuur 26. Geheugenlocaties op kaartenbank __ 37. Verwijder als volgt de opvulkaarten uit de posities waarin u de geheugenkaarten gaat installeren: __ a. Druk de klemmen A die zich op de uiteinden van de opvulkaart bevinden Figuur 30 op pagina 34 naar buiten. __ b.
Pagina 37
Figuur 27. Geheugen verwijderen uit de processorkaartenbank __ a. Let goed op de uitsparingen aan de onderkant van de geheugenkaart. De afstand tussen de uitsparingen en de onderkant van de geheugenkaart verschilt iets. __ b. Breng de kaart op gelijke hoogte (zie Figuur 28 op pagina 32). __ c.
Figuur 28. Geheugenkaarten installeren __ 39. Verwijder en installeer de overige geheugenkaarten. __ 40. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid B . Druk tegelijk op beide klemmen. Sluit de klemmen wanneer de kaartenbank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden.
Pagina 39
beperken. Het risico van een elektrische schok blijft echter altijd aanwezig bij het omgaan met elektrische apparatuur, ook met de polsband. __ 4. Verwijder de “Panelen van de systeemeenheid” op pagina 49. __ 5. Lees het volgende voordat u de witte opvulkaarten verwijdert en het geheugen installeert in de kaartenbank: v Figuur 29 geeft de locaties van de geheugenkaarten weer op de kaartenbank van het hoofd- geheugen.
Figuur 30. Geheugenkaarten installeren __ 10. Installeer de overgebleven geheugenkaarten. __ 11. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaarten- bank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden.
Pagina 41
__ 4. Verwijder de “Panelen van de systeemeenheid” op pagina 49. __ 5. Lees het volgende voordat u de witte opvulkaarten verwijdert en het geheugen installeert in de kaartenbank: v Figuur 31 geeft de locaties van de geheugenkaarten weer op de kaartenbank van het hoofd- geheugen.
Figuur 32. Geheugenkaarten installeren __ 10. Installeer de overgebleven geheugenkaarten. __ 11. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, draait u de kaartenbank om en schuift u deze in de systeem- eenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan. Sluit de klemmen wanneer de kaarten- bank niet verder de systeemeenheid ingeschoven kan worden.
Pagina 43
__ 4. Verwijder de “Panelen van de systeemeenheid” op pagina 49. __ 5. Figuur 33 en Figuur 34 op pagina 38 laten de aansluitingen van de geheugenkaarten op de pro- cessor A in de systeemeenheid zien. Figuur 33. Aansluitingen van de geheugenkaarten Afbeelding 1 Geheugen...
Pagina 44
Figuur 34. Aansluitingen van de geheugenkaarten Afbeelding 2 __ 6. Raadpleeg de afbeelding die overeenkomt met uw systeemeenheid zodat het geheugen in de juiste volgorde wordt geplaatst. __ 7. Plaats de geheugenkaarten als volgt op de processor: v In paren, beginnend met C en D, vervolgens E en F enzovoort. v Elk paar geheugenkaarten moet 128 MB, 256 MB, 512 MB of 1 GB zijn.
Nee: Ga verder met de volgende stap. __ 14. Wilt u nog meer adapterkaarten of andere apparatuur installeren? Nee: Ga verder met de volgende stap. Ja: Als u nog een apparaat wilt installeren, bijvoorbeeld een adapterkaart, een bandstation of een schijfstation, zoekt u de instructies voor deze voorziening op. __ 15.
Pagina 46
__ 6. Verwijder als volgt de processorkaartenbank A : Video bekijken. 30xx Geheugenkaart V5R3...
Pagina 47
__ a. Maak de twee klemmen los totdat de kaartenbank “los” komt. __ b. Haal de kaartenbank uit de systeemeenheid door deze aan beide klemmen naar voren te trekken. __ c. Leg de kaartenbank op de antistatische beschermhoes. Opmerking: Als A vol is, verwijdert u processorkaartenbank B . Als B vol is, verwij- dert u processorkaartenbank C .
__ c. Pas de aangegeven uitsparingen op elkaar en druk de kaart naar beneden totdat de klem- metjes sluiten. Figuur 36. Geheugenkaarten installeren __ 12. Installeer de overgebleven geheugenkaarten. __ 13. Als u alle kaarten hebt geïnstalleerd, schuift u de kaartenbank in de systeemeenheid. Druk de beide kaartklemmen tegelijkertijd aan.
Pagina 49
Figuur 37. Zijpaneel van de systeemeenheid monteren __ 3. Bevestig het achterpaneel van de systeemeenheid, indien beschikbaar. Geheugen...
__ 4. Gevaar! Bij gebruik van een onjuist bedraad stopcontact kan er een gevaarlijke spanning komen te staan op de metalen delen van het systeem of van de aangesloten randapparatuur. Het is de verantwoordelijkheid van de klant om ervoor te zorgen dat de bedrading en aarding van het stopcontact in orde zijn, zodat elk risico op een elektrische schok wordt vermeden.
Pagina 51
__ a. Druk op de knop Werkstand kiezen totdat het lampje Handmatig (een klein handje) gaat branden. __ b. Druk op de keuzeknoppen voor omhoog en omlaag totdat 02 verschijnt op het scherm Function/Data. __ c. Druk op Enter op het bedieningspaneel. __ d.
Pagina 52
__ c. Geef bij Performance adjustment (Aanpassing prestatiewaarden) de waarde op die vóór de upgrade was opgegeven. __ 11. De procedure voor het installeren of vervangen van de voorziening is voltooid. 30xx Geheugenkaart V5R3...
270, 800 of 810 in een rek 1. Druk op de grendels B en trek de server naar buiten bij het handvat C . 2. Voor het verwijderen van het zijpaneel raadpleegt u het schema voor de vorige systeemeenheid. Systeemeenheid 825 Voor toegang tot de PCI-kaart moet u het achter- en zijpaneel als volgt verwijderen: __ 1.
Pagina 58
__ 2. U verwijdert het rechter zijpaneel (gezien vanaf de achterzijde) door de schroefjes los te draaien en het paneel naar achter te schuiven totdat het niet meer verder kan. __ 3. Trek het paneel er dan uit. 30xx Geheugenkaart V5R3...
Pagina 60
Figuur 39. Bedieningspaneel met elektronische sleutel Aan/Uit-lampje v Een knipperend lampje geeft aan dat de eenheid van stroom wordt voorzien. v Een constant verlicht lampje geeft aan dat het apparaat in bedrijf is. Aan/Uit-knop Activiteit van de processor Attentielampje Scherm Functie/Data Keuzeknoppen voor omhoog en omlaag Opdrachtknop Enter Werkstand kiezen...
IBM-product en het gebruik ervan is volledig voor eigen risico. IBM kan de informatie die u levert op elke manier gebruiken of distribueren die zij toepasselijk acht, zon- der enige verplichting jegens u te scheppen.
IBM geleverde producten. Vragen over de presta- ties van niet door IBM geleverde producten dienen te worden gesteld aan de leveranciers van deze producten.
IBM behoudt zich het recht voor de in dit document verleende toestemmingen in te trekken indien, naar het oordeel van IBM, het gebruik van de publicaties nadelig is voor IBM of indien IBM van mening is dat de instructies niet naar behoren worden opgevolgd.
Europese Commissie inzake de harmonisering van de wetgeving van Lidstaten met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit. IBM aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid indien, ten gevolge van een niet aanbevolen wijziging van het product, met inbegrip van de installatie van niet-IBM optiek- aarten, niet wordt voldaan aan de beschermingsvereisten.
Pagina 65
In dat geval dient de gebruiker gepaste maatregelen te nemen. Radiobescherming Duitsland Dieses Gerät ist berechtigt in Übereinstimmung mit Dem deutschen EMVG vom 9.Nov.92 das EG–Konformitätszeichen zu führen. Der Aussteller der Konformitätserklärung ist die IBM Germany. Bijlage. Kennisgevingen...
Dieses Genehmigungsverfahren ist von der Deutschen Bundespost noch nicht veröffentlicht worden. Elektronische emissie De volgende kennisgeving is van toepassing op dit IBM-product. De kennisgeving voor andere IBM- producten die bedoeld zijn voor gebruik met dit product staan in de bijbehorende handleidingen.
Pagina 67
Europese Commissie inzake de harmonisering van de wetgeving van lidstaten met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit. IBM aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid indien, ten gevolge van een niet aanbevolen wijziging van het product, met inbegrip van de installatie van niet-IBM-optiek- aarten, niet wordt voldaan aan de beschermingsvereisten.