12. INGEBOUWDE REGELING
Het gordijn heeft ingebouwde software die de automatische werking mogelijk maakt op basis van het signaal van de bewegingssensor. Het
apparaat heeft een schakelaar voor ventilatorstanden (stand 1, UIT, stand 3) en een aan-uitschakelaar voor de verwarmingselementen of de
klepopening. De schakelaars bevinden zich aan de rechterzijde van het apparaat en dienen vrij toegankelijk te zijn.
Het apparaat start automatisch op zodra beweging wordt waargenomen in het sensorgebied en werkt volgens de instellingen die op de
schakelaars zijn geselecteerd.
FABRIEKSINSTELLINGEN:C: 2000 lux; B: 10 s; A: 6 m; verwarmingsschakelaar-onderste positie O; Selectie ventilatorstand-middelste
positie O.
AFB. 12.1. FUNCTIES VAN KNOPPEN/SCHAKELAARS.
AFB. 12.2 AANPASSING VAN PARAMETERS
BEWEGINGSSENSOR.
h=2,1 m
r1=0,5 m
h=2,8 m
r2=0,7 m
h=3,2 m
r3=0,9 m
AFB. 12.3 BEDIENINGSGEBIED VAN BEWEGINGSSENSOR BIJ
MONTAGE OP VERSCHILLENDE HOOGTEN.
I I – ventilatorstand 3;
O – apparaat UITSCHAKELEN, d.w.z.
ventilatorsnelheid en verwarming;
I – ventilatorstand 1.
I – verwarmingselementen
(SLIM E)/klep (SLIM W) meegeleverd;
O – verwarmingselementen
(SLIM E)/klep (SLIM W) uitgeschakeld
TIP
Activering van het verwarmingssignaal wordt
gesignaleerd door een rood verlichte schakelaar
C - lichtgevoeligheid; bereik [10 lux ... 2000 lux];
B - uitschakelvertraging; bereik [10 s ... 420 s];
A - aanpassing sensorbereik; bereik [2-6 m].
TIP
Indien het gebied voor bewegingsdetectie te groot is, dient
eerst het activeringsgebied te worden aangepast (zie AFB.
12.3 en 12.4)
AFB. 12.4 AANPASSING VAN ACTIVERINGSGEBIED
BEWEGINGSSENSOR.
59