Onderhoud riemen
Riemen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren—Alle
riemen op slijtage en scheurtjes
controleren.
Vervang de riem als deze versleten is. Een aantal
indicaties van een versleten riem: een gierend
geluid tijdens het draaien van de riem, de messen
die slippen tijdens het maaien, gerafelde randen en
schroeiplekken en scheuren op de riem.
Drijfriem van maaidek
vervangen
Een aantal indicaties van een versleten riem: een
gierend geluid tijdens het draaien van de riem,
messen die slippen tijdens het maaien, gerafelde
randen en schroeiplekken en scheuren op de riem.
Vervang de riem als u deze zaken constateert.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de
parkeerrem in werking.
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Zet de maaihoogte op de laagste stand (38 mm).
4.
Voor machines met een maaidek van 107 cm
moet u de kappen van de poelies verwijderen
(Figuur
53).
Figuur 53
Maaidek met 2 messen
1. Kap
5.
Draai de twee onderste bouten los waarmee de
afdekking van het maaidek is bevestigd aan het
maaidek. Zie
De afdekking van het maaidek
losmaken (bladz.
6.
Gebruik een veerverwijderaar (Toro
onderdeelnummer 92-5771) de spanpoelieveer
2. Schroef
33).
van de maaidekhaak om de spanning op de
spanpoelie te verwijderen en rol de riem van de
poelies
(Figuur 54
WAARSCHUWING
De veer is onder spanning gemonteerd
en kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Wees voorzichtig als u de riem verwijdert.
Maai-eenheden met 1 mes
1. Spanpoelie
2. Drijfriem van maaidek
3. Buitenste poelie
g032555
43
en
Figuur
55).
Figuur 54
4. Veer
5. Motorpoelie
6. Veerverwijderaar
g015129